Laatste wijziging: 2022-06-17 (technisch), 2022-06-17 (inhoudelijk). Naar inhoudsopgave. Naar vorig verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).

Larie: "Zandweg 2"

[sex]

Zandweg - Inleiding - Aanleg - Schouw - Heidefeest - Tevoren - Vrijdag - Zaterdag - commissaris - winkel - rust - optreden - Zondag - voorbereiden - tent-opzetten - boxershort - dictee - radiografisch - honden - muziek - Maandag - opstaan - zand - noordwaarts - techniek - bakken - samenzang - Naspel

Deel "Zandweg" van dit verhaal gaat ongeveer gelijk op met Zalig niksen 3 [geloof, sex] en daarna Kleding [sex].

Zandweg

Inleiding

Eigenlijk, heel eigenlijk, was het tijd geworden om de provincie als medestander te krijgen. Sinds Zandweg 1 was onze kroeg een aanzienlijke muzikale bestemming geworden (eh... ongeveer tweehonderd man van buiten op een zomerse zaterdagavond), kwam de bus van Sans Perail wekelijks tweemaal voorbij, was er veel bevoorrading van station en Speeltuin, en werden er zware ijzeren voorwerpen uitgewisseld tussen station en Baai. Bovendien hadden we geen behoefte aan vastrakende voertuigen van anderen, zoals in Winter, Us Net 2 en File.

Ab was dus van mening veranderd, en kreeg Bill, Aart en Bob mee. En die vonden hun vrouwen aan hun zijde. Maar de meesten liet het nogal onverschillig. Gesteund door een grote meerderheid van weinig uitgebrachte stemmen schreven ze een vergadering uit in de kroeg, met Ton en Kees erbij. Vraag: wat zouden we wel en niet willen, en wat zou haalbaar zijn?

Ze waren het snel eens: de zandweg zelf moest aangevuld en vlak gemaakt worden, en er zou een fietsstrook met schelpen of grind moeten komen, door paaltjes (met band reflecterende verf) afgescheiden van de rijbaan.

We zouden dat werk zelf kunnen doen: wat zand (met grove korrel, niet van dat stuifzand) uitrijden, schelpjes op de fietsstrook strooien, met de gladde rol (getrokken wals) over alles heen, de paaltjes slaan. En dat dan enerzijds tussen Abs huis en het viaduct, en anderzijds tussen iets ten noorden van de Bittenbrug (het andere uiteinde van het plaveisel) en liefst het natuurvriendenhuis, desnoods slechts het station.

Stel de breedte van de aardebaan op vier meter, het aan te vullen zand op gemiddeld twintig centimeter, en je zou per meter weg 4*0,2*1=0,8 m³ zand nodig hebben. Per kilometer dus 800 kuub. Schelpjes, een meter breed, vijf centimeter dik, maakt 1*0,05*1=0,05 m³ schelpjes per meter, maakt 50 kuub schelpen per kilometer. Iedere tien meter een paaltje, maakt 100 paaltjes per kilometer. Van viaduct naar natuurvriendenhuis is iets van vijftien kilometer, dus.... Ab schudt dergelijke berekeningetjes uit zijn mouw. Hij had bovendien enig inzicht in de prijzen.

Dus als de provincie die benodigdheden, het vervoer hierheen, en een gladde rol (van de dump) zou betalen en een vergunning zou verlenen, en als de medebewoners van Us Net zouden helpen, dan...

Wiesje had een amendement: moesten we niet ten behoeve van allerlei gedierte stukken pijp onder het zand door leggen? Ab rekende: 5 meter regenpijp elke 50 meter, maakt 100 meter regenpijp per kilometer. De bio's steunden het voorstel, en ik natuurlijk ook. Niemand tegen, iedereen bereid om te helpen aanleggen. (Wie niet aan de uitvoering van zo'n democratisch genomen besluit van algemeen belang zou meewerken, die zou minstens bij Ab en Bill niets meer te zoeken hebben. Inderdaad: een stap zwaarder dan vals nieuws verspreiden tijdens Bills conference, zie Week 52.)

Mina wist de aanvraag formeel in te dienen in maart of april, het ding werd met positief advies behandeld in de laatste vergadering van Provinciale Staten vóór het zomerreces, en we konden op 1 juli naar eigen inzicht aan de gang.

Ab kocht meteen de gladde rol die de verkoper van zijn en Bobs trekkers nog had liggen. De brandnetels die eromheen tierden bleken een geducht wapen in Abs afdingen. Bob had zijn eigen trekker op zijn eigen dekschuit meegenomen, maar uiteindelijk werd de rol met een kraan van zijn hoekje aan de wallekant op die schuit getakeld. Volgens Bob had Ab tien procent méér kunnen afdingen, maar Ab wilde de verkoper nog een beetje voldoening laten smaken.

Aanleg

We begonnen meteen vanuit Us Net naar het zuiden te werken: geultje graven (diep genoeg om de regenpijpen niet te laten pletten door zwaar verkeer, ondiep genoeg om de dijk als waterkering in stand te houden), stuk pijp erin, zand opbrengen over de gehele breedte en tot de plek van de volgende pijp. Schelpen storten. Met de rol over zand en schelpjes heen, in twee overlappende banen van ruim twee meter. Paaltjes slaan. De weg kon vrij aardig berijdbaar blijven, maar soms moest men toch even wachten of afstappen. Wiesje deelde dan listig pepermuntjes uit, en zei dat ze het warm had. (En die tijd was bij ons weer warm en drukkend!)

Dan bleef iedereen belangstellend naar opdruk en inhoud van haar afgedragen T-shirt staren - maar niemand bood aan om te helpen. Het staafde Wiesjes bewering, dat mensen (vooral mannen) alleen maar van haar wilden nemen - en dat ik de uitzondering was die ook wilde geven. (Met de aantekening, dat de boys niet van haar willen nemen, en haar andere dingen dan sex wel geven. Onze band met hen wordt danook steeds hechter.)

We hadden een rooster gemaakt: wie op welke dagen zou meedoen. Hadden we op één dag genoeg voor twee ploegen, dan werkten we (zolang zuid nog niet klaar was) óók naar het noorden. Dat leverde dus wel extra ritten met de zware rol op, en dàt dan weer aandacht voor de draagkracht van de Bittenbrug. Maar de brug leek op tanks berekend.

Wiesje en ik werkten maar weer met de boys samen. In beginsel groeven Wiesje en ik de geulen (Nee Wies, ik zei niet "gleuven"!), zoals je van ons mag verwachten van weerszijden naar elkaar toe, gevolgd door een lekkere knuffel op het ontmoetingspunt. Intussen bracht Herman met Bobs trekker (want Ab had de zijne steeds nodig) het langs de weg gestorte zand op, terwijl Geert met een spade dat zand de kuilen in werkte. Wiesje zocht het record: wie de minste slagen nodig had om een paaltje (tot een merkstreepje) de grond in te slaan. Dan weer vijftig meter opschuiven.

Het verliep amateuristisch, maar voorspoedig, en althans wij vieren hadden grote lol. Soms wel met bittere grappen. Zo liet Geert mij een paar keer met mijn rug naar paaltjes staan die door de boys de grond in geslagen werden: ik behoorde immers niet lijdzaam toe te zien als ik poten zag rammen. En Wiesje begon een running gag door een geul op (net niet beoogde) waterpasheid te beproeven door erboven te gaan zitten plassen (toen er niemand in aantocht was). Uiteraard liep het meeste vocht recht omlaag. Voorts veel grappen met "zand erover", soms "zandrover". Of we haalden herinneringen op aan die Schoonmaak [sex].

De girls en de jaffa's waren tegelijk met ons naar het noorden bezig, en hadden evenzeer grote lol. Tja, twee plukken HZ, hè, of (als je ons achten bedoelde, met Sheila's aanduiding) "HZH". In hun geval gingen de grappen vooral over mannen in het algemeen, en David in het bijzonder.

Afra en Janneke meenden steeds een hoofd uit de bladerwand van onze rimboe te zien steken, en trachtten daarop te reageren zoals Wiesje toen op David. David wilde voor pasja spelen ("Je zou toch denken, dat van drie vrouwen..."), maar Janneke was in een haantjescultuur opgebrand, en maakte korte metten met zelfs goedige grapjes in die richting. En dan hadden Afra en Esther weer ruimte voor een kanttekening dáárbij.

We werkten niet toevallig tegelijk: dan konden we zaterdag rust nemen voor ons bijna vaste optreden op zaterdagavond, op zondag bijkomen, op woensdag rust nemen (en koken!) voor onze repetitie, en op donderdag bijkomen. Nou, dan hadden we elkaar op maandag, dinsdag en vrijdag wel genoeg te vertellen - alleen al onze grappen van de jongste werkdag. Als andere teams hun beurt namen, dan kletsten we wel bij Ab bij, of bij de boys daartegenover.

Lol is natuurlijk niet beperkt tot HZH. Aart en Yvonne vormden een ploeg met hun kinderen. Drummende Dennis moest maar ritmisch op paaltjes slaan, en werd als voorman een roepende in deze smalle woestijn. Van kleine Maaike (een jaar of zeven, met een passend schepje) kon je nog geen productie verwachten, maar ze wilde graag als een grote presteren. Sheila zocht nuffig naar mogelijkheden om Chot of voorbijkomende manspersonen het zware werk te laten doen, maar werd door haar ouders gemaand om zich niet bloot te geven. Wouter wilde de trekker besturen, maar kon amper bij de pedalen. Yvonne probeerde bij iedereen de moed erin te houden (met de humor die ze sinds Over Sheila [sex] is gaan betonen), en Aart deed uiteindelijk het meeste werk.

Ab, Bob, Marie, Bill en Mina vormden in wisselende samenstellingen ook een ploeg, met anekdotes die voorbijgangers gráág deden wachten. Dan vielen anderen zonodig onbezoldigd voor Ab of Bill in. Zo hebben Wiesje en ik wel op de winkel gepast. Lekker knuffelen totdat iemand binnenkomt, even bijkleppen (met bekenden, in de loods, links) of souvenirs aanpraten (bij voorbijgangers, in de winkel, rechts).

Ja, dat bleek een vondst. Wiesje en ik in Sheila T-shirts (totdat ik Yvonne shirts ging dragen: die waren immers óók heel verdienstelijk; beide gaan terug op Stoom 4 [sex]), DVD van een groep uit Us Net in de speler, mooie uitstalling maken van schilderijen van (vooral) Geert en Ab, en iedereen koffie (of thee) aanbieden. Uiteraard wil alle manvolk zo lang mogelijk proberen om door Wiesjes T-shirt heen te kijken, Wiesje en ik kunnen elkaar (zoals bekend) uitstekend helpen om mensen aan het lachen te krijgen - en intussen werd het (denkbeeldige) winkelwagentje steeds voller. Sindsdien passen we wel vaker op Abs winkel.

Het toppunt was toch wel die ene ochtend, toen we een groep van ongeveer twintig fietsers binnenkregen, en de boys ons kwamen helpen. Die fietsers zijn van elf tot twee gebleven, ze hebben voor gemiddeld vijftig euro per persoon gekocht, en Yvonne en Sheila hebben tot drie keer toe een rondje verfrissingen (betaald door de fietsers, met fooi) uit de kroeg afgeleverd (op een serveerboy over de keitjes en schelpjes - gelukkig op film vereeuwigd door Geert). Vooral Sheila heeft zich toen ook de krampen gesigneerd op T-shirts.

Wiesje en ik namen naar ons werk aan de weg ook ons zeiltje uit de houtwal mee: dan konden we af en toe discreet (als calzone, opening van de weg afgewend) vrijen. De boys misten daarvoor de puf. David had ook ijlings een lap opgeduikeld, want het werken met drie schaarsgeklede vrouwen werkte op zijn hormonen. Afra en Janneke mochten de lap uiteraard óók gebruiken. Ze waren ook wel met beide stellen tegelijk bezig.

Over zo'n stuk van vijftig meter (een "pijpsteek") deden we ongeveer een uur. Dus gingen we rekenen in werkdagen van acht pijpsteken, vierhonderd meter. En dan ging het best voorspoedig. We plaatsten het provinciebestuur maar vast op de uitnodigingenlijst voor ons eerstvolgende Heidefeest.

Mij schoot nòg iets te binnen, toen Wiesje en ik met boodschappen en al bij de kroeg binnenwipten. (Nee Wiesje, we hebben toen niet daar binnen gewipt.) Ik opperde, dat het misschien tactvol zou zijn om de commandant van de nabije landmachtkazerne uit te nodigen - opdat die niet uit onwetendheid nodeloos met zwaar materieel de pijpen zou pletten. (Volgens mij heeft hij geen tanks, maar stel je voor, dat iemand in Brussel een tank-oefening in onze buurt plant.) Wiesje neigde naar "geen slapende honden wakker maken". Mina zette hem op de lijst met een groot vraagteken.

De bio's kwamen de kroeg binnen. Als wetenschappers zijn het vergadertijgers, en Grada zou sterk zijn geweest als psychiater. Zij en Hans trokken elk een barkruk bij, en Grada vroeg rechtstreeks: "Waarover kunnen jullie het niet eens worden?" Ik herhaalde mijn punt.

Hans bleek de sleutel te hebben: "Gedeputeerde Staten hebben beslist ons plan voorgelegd aan de bevelhebber van het Regionaal Militair Commando. Als die niet heeft opgelet, dan is het diens probleem. Als die het niet heeft doorgegeven, dan ook. Ik zou geen militairen uitnodigen. Stukken heide waar ze met tanks kunnen rossen zonder gevaar voor wegzakken hebben ze wel. Ik zou eerder zorgen, dat ze niet op de gedachte komen om in de rimboe, met name in wat jullie jullie rimboe noemen, commando-oefeningen te organiseren. Ze zullen het niet kapotmaken, want dan zouden ze zich verraden, maar je zou gek opkijken als je bij je poel ligt te vrijen, en toeschouwers ontwaart."

Wiesje keek Hans aan: "Ze waren al zo nieuwsgierig toen we kennismaakten met Esther en David" (Zie Love thy neighbour [sex]). '"Make love, not war!' wilden wij hen bijbrengen."

Na twee weken wachtte ons een verrassing. Mila, een vrouw uit de Speeltuin, had ons werk na één week waargenomen, had met haar baas gesmoesd, en kwam nu wéér een week later met een opleggertje met ongeveer zo'n graafmachientje. Ze had in haar land van herkomst op groter spul gewerkt, en kon zich nu mooi in haar eigen (vacantie)tijd veelzijdiger inzetbaar maken - vooropgesteld dat brandstof en oliën voor rekening van het project kwamen. Vanzelfsprekend!

Vanuit Us Net gingen we nu allereerst zuidwaarts werken, zo mogelijk met twee ploegen. (Natúúrlijk, Wiesje: de weg goed omploegen, en dan zand erover.) Dan was dat deel, onze navelstreng, tenminste klaar. Intussen werkte Mila met wisselende mensen vanuit Us Net noordwaarts. Met zuid klaar gingen we nu soms in drie ploegen min of meer haasje-over noordwaarts, en dat schoot dus best op.

Schouw

Uiteraard was Wiesje benieuwd, of haar eco-pijpen wel gebruikt werden. In een overleg in bed kwamen we tot een mooi plan.

Er was een dag op komst, die broeierige hitte zou verdrijven met daverend onweer. We pakten onze rugzakken weer eens in, berekend op lekke banden en kamperen. We lichtten de girls in, en fietsten eerst zuidwaarts, op een tijdstip, zo vroeg (voor ons doen) dat het anderen verontrustte.

Ten zuiden van het dorp gingen we (met bezwaard gemoed om de enkele meters die ons scheidden, maar alles voor de wetenschap) langzaam te weerszijden fietsen. Ik op de schelpjes, met nu het zou moeten kunnen ook de zware rugzak, Wiesje op het zand, met inderdaad de lichte rugzak. Af en toe stopten we, voor een knuffel, een slok water, een knuffel, het door een pijp naar elkaar kijken, en weer een knuffel.

Sporen van gebruik van de pijpen zagen we niet. We reden snel over de schelpjes terug, want we hadden de donkere lucht snel uit het zuiden zien opkomen.

We meldden de girls, die nog lekker van de zon en elkaar zaten te genieten, dat het onweer naderde, en dat we nu richting station gingen. We vulden thuis ook onze watervoorraad bij. We keken nog verlangend naar de trap (naar bed en bad), maar gaven alweer de wetenschap voorrang.

We reden weer langzaam te weerszijden, en namen weer steekproeven. We meenden hier toch sporen van gebruik van de pijpen waar te nemen: geleedpotigen, padden, slangen, schildpadden.

Bij het station zeiden we even gedag. Men was op het naderende onweer voorbereid, en had al het mogelijke naar binnen gehaald. Maar Louis was op de fiets naar Bob (het was dus weekeinde, maar we hadden geen optreden), en hij had gedacht vóór de bui terug te zijn. (Wiesje weet het weer: dit was een zondag, en die zaterdag hadden we hard rock publiek gehad, dus had Aart gespeeld.)

Sans Perail heeft wat kleding en schoeisel voor algemeen gebruik, voor als iemand de eigen spullen vergeten is of iets ongewoons moet doen. We namen een regenpak en laarzen mee, en stuurden Louis een SMSje om naar ons tentje uit te kijken.

We fietsten weer langzaam terug, nu om een geschikte plek voor ons tentje te vinden. Dat werd tijd, want bij het viaduct regende het beslist al.

We vonden een plek aan de heizijde (wel met goed zicht op het uiteinde van een pijp), tussen twee vrijstaande grote bomen, één of twee kilometer van het station af. We laadden snel de fietsen af, en maakten dat we het tentje hadden staan. Daarna zette ik de fietsen op slot. In de verte zag ik een fietser naderen. Louis? Wiesje haalde in de tent diens regenkleding vast tevoorschijn.

De druppels waren er seconden eerder dan Louis, maar hij was toch al bezweet van het harde fietsen in de hitte. Hij liet zijn fiets in de berm vallen, en dook het tentje in. Met ons drieën en de bagage was het afgeladen. De regen stroomde inmiddels neer, er waren stevige rukwinden, en het onweer was nadrukkelijk aanwezig. Louis meldde aan zijn maats waar we waren, en dat hij verder zou fietsen zodra het ergste voorbij was.

We schikten ons. Ik met mijn rug tegen de rugzakken, Wiesje heerlijk en schaars gekleed op schoot, Louis tegenover ons, met een blik die aan Kees herinnerde: bang om zijn ogen te branden aan Wiesje. Wiesje trok domweg even haar topje omhoog, opdat hij niet verder hoefde te raden. Daarna bood ze hem een slok van ons water aan. Hij aanvaardde het bevend en stamelend.

Daarna was Louis weer tot praten in staat. Hij vertelde, waarmee ze op het station bezig waren, en waarmee hij Bob net had geholpen. Het zei mij althans iets. Wiesje had geen belangstelling, en nestelde zich met haar borst tegen de mijne aan voor wat dagdromen.

Na ongeveer een half uur was de ergste bui over. Louis wrong zich in de regenkleding, nam afscheid, en fietste voor de wind weg.

Niemand te zien? We kleedden ons helemaal uit (eh... om niets nodeloos nat te laten worden), beperkten ons tot een korte knuffel, en gingen van weerszijden de naaste pijp bekijken. Aan mijn kant rende een rat de pijp uit, onze rimboe in. Wiesje meende te zien, dat er aan haar kant een slang in de pijp lag. We hoorden een Stem bedanken voor de aanleg van die pijpen. Ik gaf hardop alle eer daarvoor aan Wiesje. Hoorden we nu een lachje?

Missie volbracht. We doken het tentje weer in, vonden de verende heide onder het grondzeil zacht genoeg, en gaven ons over aan elkaar.

Overnachten? Toch maar niet. Het was inmiddels weer droog, en een stuk frisser. We kleedden ons aan, laadden de spullen weer op de fietsen, en haastten ons over de schelpjes in de avondschemer naar huis. Even terug melden bij de girls, inmiddels in hun huiskamer op de bank. Slokje Kaapse wijn mee drinken, en toen naar ons eigen huis. Tent in de bijkeuken uithangen. Sla en macaroni bereiden, karafje Grieks erbij, en met dat alles naar boven. Bed of bad? Nah... al genoeg water gezien vandaag...

Heidefeest

Tevoren

Onder een afzakkertje na een (uiteraard) geslaagd optreden van Our Country viel dan toch maar eens het woord "Heidefeest" in samenhang met "Wat gaan we doen?". De trefwoorden ratelden: zand, koken, flinterdun, voetbal, ballonnen, stoom, schepen, schoonmaken.

Flinterdun en koken kwamen samen in flensjes of loempia's. Voetbal en ballon in strandballen - sluit aan bij zand. Stoom en schepen - konden we iets met de Louis IV? Schoonmaken - iets met heibezems? Wiesje wilde óók wel iets met wasverzachter. (Hoe kwamen we dáár ook weer op, lief?)

Konden we het Schapen Scheren doen als het Schoonmaken van Ballonnen die dan uiteindelijk slechts Voetballen blijken?

En natuurlijk weer een wielerronde, de radiografische bootjes (Afra en Janneke zouden daarbij Brigitte coveren) en de schapenhonden. Misschien ook een hardloopwedstrijd over de schelpjes? Zandsculpturen-wedstrijd met overgebleven zand?

We (wij allen) hadden weldra uiteraard Frans en Cisca en Jan uitgenodigd. Niet met tenten voor de kuddes, zoals vorig jaar, maar weer met een "lammetjesronde". Jan zou weer bij de boys logeren (meer verblijven dan slapen, waarschijnlijk), de herdertjes bij Wiesje en mij, evenals Mart en Diana. We hadden ook Henk uit Us Net 2 uitgenodigd, en hem verteld van ons werken aan de weg. Hij zou zorgen, dat hij weer in dat dorp logeerde.

Egbert de bakker wilde graag meevieren en toch ook wel omzet maken, maar zou thuis slapen. Kees van de camping zou (wellicht met vrienden) een set rumba blues doen. Ton en Saar wilden een goochelnummer doen, en een herhaling van onze schnabbel bij hen (met heel HZ of slechts Wiesje en mij, nader overeen te komen).

Er kwamen méér leuke voorstellen. De film met Henks verslag bij de beelden van vroeger, inmiddels aangevuld met beelden van nu, zou voortdurend draaien in de kerk, evenals een filmpje van Hans en Grada over de gewone dierenwereld rond Us Net. Yvonne en Sheila zouden zelfbedrukte T-shirts aanbieden, bestaande en klaar-terwijl-u-wacht. Sheila ging vast een voorraadje op te naaien lichaamsdelen maken. Ab vroeg zich af, of hij voor snelschilder of -tekenaar kon doorgaan, en zo wat omzet kon maken.

Bob bedacht een behendigheids-bootrace: bijvoorbeeld met de "Boxershort" tussen ander materieel van hem dóór varen, en proberen niets te raken. Dat bracht Sans Perail op een idee: behendigheidswedstrijden met hun stoomkraan, deelname voor niet-begunstigers veel duurder dan voor wel-begunstigers. Nog meer behendigheid: Ton en Kees zouden nader te bepalen ploegen leiden in een wedstrijd tent-opzetten.

Mina bood aan, een dictee te geven. Vervolgens bedacht ze een debatwedstrijd (met kenmerken van Mastermind), bij voorkeur te houden tussen uitgenodigde politici. Mart wilde dan wel een dictee in het Latijn (of liever Oud-Grieks) geven - we hielden het in beraad. Hij poogde ons (allen) voor zijn plan te winnen met de aankondiging, dat hij het in Klassieke kleding en spelend op een lier zou voordragen.

Toen Wiesje en ik die E-mail lazen, is Wiesje van het lachen uit ons bed gerold. Op een halfvol wijnglas, dus die dag heeft zijn sporen in de vloerbedekking en Wiesjes rug nagelaten. Maar de wonden waren ondiep, en bevatten geen scherven of splinters. Toch zie ik nog littekens.

Bill wilde Wiesje en mij weer in het dropwater laten zwemmen. Wiesje noch ik zag de gein van een voorgebakken herhaling uit Heidefeest 1. Maar een badje vol dropwater was misschien wel aardig om kinderen munten in te laten zoeken: wie dan het eerst een reeks compleet had, zou de munten die de ander al gevonden had erbij krijgen. Zoiets. Maaike kan aardig zwemmen, en wilde meteen flink gaan oefenen - liever in dropwater dan in de Baai. Wouter trainde haar en zichzelf in de Baai.

Egbert werd door alle wedstrijden op een idee gebracht: een wedstrijd zoete broodjes bakken, na desgewenst een workshopje bij hem te hebben gevolgd. Wedstrijd noch workshop gratis, en heel Us Net galmde meteen al, dat Egbert in zijn aansluitende rol van jurylid tot de slotsom zou komen, dat bakken toch wel een ambacht was - dat hij beheerste. Hij glimlachte zoetzuur toen hij onze verwachting vernam, maar hij had vrede met Abs oordeel "Nou, èn?".

Er werd van alles voorbereid, in de zin van "mogelijk gemaakt". Eigenlijk stond alleen de wielerronde vast, want daarvoor zou de Commissaris der Koningin weer het startschot geven.

Vrijdag

Mart en Diana kwamen vrijdag tegen de middag. Ze hadden een nieuwe auto: zo'n vrachtwagentje met twee rijen zitplaatsen en een laadbak (zoals hoveniers en stratenmakers wel gebruiken), met huif: Diana's laatste kunstwerken waren namelijk nogal groot geworden... Eigenlijk was het net een burgerlijke uitvoering van Hermans in Europese ogen poenige (maar bejaarde) Amerikaanse pick-up.

Herman haalde na het avondeten de herders en hun honden op. Mart en Diana bedachten net op tijd, dat zij de schaapskooien óók wel eens wilden zien, met name de zolder van Frans en Cisca. (Kijk, Wiesje: dat is nou een mooi voorbeeld van een rommelzolder. - Oh, noem jij dat geen rommelen, wat wij er gedaan hebben? Óók goed, lief!)

Vanaf acht uur liep de gelagkamer vol voor laatste nieuwtjes en afspraken. Maar Herman was pas tegen negenen terug. Knuffels en blaffen, bagage van Frans en Cisca bij ons uitladen. Herman reed met Jan door. Wij liepen gezessen (met de hond) achterom naar de girls, vonden die al vertrokken, liepen voorlangs naar de jaffa's, vonden die bij het aankleden, en liepen geachten (leuk woord!) naar de kroeg. De boys, Jan en Hector kwamen al van de andere kant. Blafwedstrijd voor drie doorgaans zwijgzame honden.

Bill gaf een overzicht van de feiten en mogelijkheden, de weersverwachting inbegrepen. Daarna liet hij iedereen netwerken. Er was achtergrondmuziek op piano van Isabel, een vrouw van mijn leeftijd die we nog eens moeten voorstellen. Ze woont met haar Pierre ongeveer halverwege tussen de jaffa's en Toos. De boys kregen meteen zin om hun sax en bas te pakken en mee te spelen. Maar ze moesten Jan door aandacht weerhouden van zuipen. Waar waren hun andere gasten dan?

Wij zessen gingen betrekkelijk vroeg naar de konijnenflat. Eerst maar eens bijkletsen bij wat Grieks spul. Daarna gingen eerst Mart en Diana even naar de badkamer, toen Wiesje en ik, en tenslotte konden Frans en Cisca naar hartelust in bad zitten. We moesten ze wel vragen om voortaan op te letten, dat ze de afvoer niet verstopten met gemorste nootjes. Maar dat was zaterdag, toen ze met kleine oogjes Diana moesten bedanken voor het tijdig naar buiten laten van hun hond.

Zaterdag

Commissaris

Het was al smoorheet, toen de dienstauto van de Commissaris der Koningin voorreed. Bill wachtte hem op, en wenkte hem om die stropdas en dat jasje maar in de auto te laten. De chauffeur had zijn uniform nu eenmaal aan. Hij parkeerde de auto zodanig, dat hij straks waarschijnlijk vrijelijk kon vertrekken, en haastte zich naar de gelagkamer. Het podium was gereserveerd voor de politieke gasten. Daar gingen pet, jas en stropdas van de chauffeur krachtig in een hoek. Na een snel glas tonic aanvaardde hij Mina's aanbod om hun privé douche te gebruiken. Daarna nam ook de Commissaris dankbaar een stortbad.

Intussen verschenen nog twee auto's met provinciale ambtsdragers (de betreffende gedeputeerde en de fractievoorzitters of woordvoerders, dus mensen die buiten het beroepsmatige kissebissen goede collega's zijn), informeler gekleed. Bill heette ook hen welkom, Mina geleidde hen naar het podium, en Sheila mocht daar weer (zie Bakker [geloof, sex]) bedienen. Ze droeg haar nieuwe zwarte uniform, maar met een wit bloesje. En een zelfgemaakte corsage van heide.

Frans en Cisca vestigden zich aan een tafeltje op de loswal van de Baai, en hielden daar hun eigen hond en Google min of meer in bedwang. Bak water bij de hand. Jan kwam er met Hector bij zitten. Mart en Diana gingen Mina "achter" helpen. Wiesje en ik meldden ons bij Ab. Die liet ons dankbaar op de winkel passen, en ging ijverig met zijn trekker in de weer.

Bob en Marie reden met hun trekker een halve lammetjesroute, namelijk naar de controlepost voor de wielerronde die Jan ooit had bemand: bij de splitsing in het fietspad, net over de spoorlijn. Ze waren berekend op bandenpech en zonnebrand. Nu ze er toch langs kwamen, brachten ze iets zwaars van de "Klaas Vaak" naar het station.

Hans en Grada hadden hun voorraad camera's ter beschikking gesteld. Grada probeerde thuis regiekamer te spelen. Hans had zijn cross-brommer startklaar, met een Eerste Hulp tas.

Winkel

Wiesje en ik konden bij Ab over het netwerk die camerabeelden van Grada volgen. We hadden trouwens nog geen klanten: alle deelnemers en enkele toeschouwers verzamelden zich bij de kroeg. We zaten dus lekker te knuffelen, maar hoorden weldra "Wat doen jullie?" Maaike was gekleed in onze uniforme T-shirt en short, in het groen. Ze had nu een blote Barbie in haar knuist.

We hadden medelijden met Maaike: die was al weken de kluts kwijt. Ze is onderzoekend, ze is niet dom, ze is warm naar iedereen, maar ze komt opeens over als een te vermijden achterlijke. We lieten haar bij ons voor het beeldscherm zitten, gaven haar limonade en spekkies (te verrekenen met Ab), en meldden Yvonne dat haar jongste dochter hier zat. Yvonne opgelucht!

De CdK hield een toespraakje over de ruimte die de provincie bood aan initiatiefrijke burgers, en opende aansluitend de vernieuwde Digitale Zandweg, door een roze lint over de Bittenbrug door te knippen - met een schaar die hij eerst uit een kruiwagen vol zand moest vissen. Nu konden de wielrenners zich opstellen. Even later gaf de CdK het startschot voor wielerwedstrijd en Heidefeest. Nu werd het rustig.

Mina onderschepte de CdK op zijn weg terug naar de kroeg, en leidde hem naar het tafeltje met schaapherders en honden. Geleidelijk stuurde ze het gesprek naar de beloning die deze mensen door de aanbesteding kregen. Intussen had Bill de andere politici naar dit tafeltje geleid. Uiteindelijk gingen politici en herders per auto op lammetjesronde, met Herman weer als chauffeur voor de herders.

Later vernamen we van de provinciale televisie, dat de politici geschrokken waren van behuizing en beloning van de herders, en dat men meteen naar fondsen zou zoeken om beide snelstens te verbeteren, de beloning liefst met terugwerkende kracht.

De wielerwedstrijd verliep nu veel sneller. Wiesje en ik legden Maaike uit, dat zij daartoe had bijgedragen met haar schepje. Ze was er nog wéken trots op!

Na de koers konden de wielrenners douchen (in het sanitairblok van een jaar of twee geleden). Iedereen sloeg aan het eten en drinken, ging kijken wat er nog meer te beleven was, en belandde "toevallig" ook wel eens bij ons in Abs winkel. Ja, Ab en Bill hebben de gewoonte om klanten óók op de ander te wijzen.

We zetten Maaike maar aan de computer met een tekenprogramma (dat is haar wel toevertrouwd), en sloegen aan het verkopen. Velen hadden de hitte onderschat, liepen met grote vochtplekken in hun kleding, en kochten T-shirts ongeacht opdruk en prijs. Eigenlijk wilde men douchen alvorens die aan te trekken.

Ik seinde Ab in. Die kwam herwaarts gestoven, complimenteerde Maaike met haar tekening, maar moest haar toch even van de computer wegjagen, belde zijn groothandelaar thuis, en kon even later aankondigen, dat over een uur handdoeken zouden kunnen worden gekocht, en dat uitverkochte T-shirts misschien later op de dag al weer verkrijgbaar zouden zijn. Yvonne en Sheila zorgden, dat ze over een uur rond de kroeg gemist zouden kunnen worden.

Geert hielp Bill om de loswal vrij te maken. Weldra verscheen met geweldige hekgolf een bootje. Geen raceboot, maar een gewoon leurbootje (zoiets) op volle kracht vooruit, met allereerst pallets handdoeken en onbedrukte T-shirts (en niet vergeten printer-inkt en transfervellen voor het bedrukken ervan), en dan een nabestelling frisdrank en bier voor de kroeg.

Ab controleerde als een wervelwind de levering, tekende voor ontvangst, keek snel rond, zag Geert niet bezig, en nam hem aan als verkoper van handdoeken, op de loswal waar die pallets handdoeken stonden. Zelf dook hij met de schipper de kroeg in, betaalde de factuur daar op de computer, bood de schipper een drankje aan, maar haastte zich naar de T-shirts.

Bill gat de schipper zijn drankje, en haalde met Mina de nabestelling binnen. Ab reed de T-shirts en afdruk-spullen naar het huis van Yvonne en Sheila, en verkondigde bij ons in zijn winkel, dat de handdoeken nu bij Geert leverbaar waren, en dat bestellingen voor T-shirts weer mogelijk waren. Nee, alleen souvenir-shirts van vijftien euro...

Dit zijn weer van die gelegenheden, waarbij ik Ab bewonder om zijn slagvaardigheid. Hij moest heus extra betalen voor zijn spoedbestelling, maar hij zou er nog steeds winst op maken. Wel, eigenlijk ging het merendeel van de winst naar Yvonne en Sheila, die hij zodoende ongevraagd veel geld in de schoot wierp. Hijzelf moest het waarschijnlijk hebben van de marge op de handdoeken (waaraan hij zogauw geen souvenirwaarde had kunnen toevoegen).

Hij vergewiste zich van ons welzijn, machtigde ons om ook Maaike te blijven voorzien, en stormde weer weg.

Wiesje probeerde te begrijpen, wat ik nu in Ab bewonderde. Dat vond ik een knuffel waard. Daarna moest ik Maaike uitleggen, waarom ik Wiesje geknuffeld had. We hadden inmiddels een klant of zes in de winkel. Ik bedankte hen voor het wachten, en legde uit, dat Wiesje iets heel belangrijks had gedaan (veel méér waard dan die ene knuffel), en dat Maaike dat moest weten. Gelach alom, en Wiesje was alweer ijverig aan het verkopen.

Sheila draafde naar binnen, nam de voorraad van haar en Yvonnes T-shirts op (makkelijk zat: geen), keek naar Maaikes kunstwerk op het beeldscherm, en liet ons dat op het netwerk zetten. Een half uur later kon Maaike T-shirts met háár kunstwerk erop verkopen. Ze was trots als een pauw. Wiesje en ik gaven Sheila een dikke knuffel voor deze onbaatzuchtigheid jegens haar zusje. Sheila huppelde naar de overkant, en bleek even later omgekleed in roze topje en short.

Maar Yvonne en Sheila bleven bedrukte T-shirts naar de winkel brengen. Herman kwam weer terug om zijn auto weg te zetten (en terug te gaan naar de kroeg of Geert). Sheila schoot naar buiten, en mocht in het huis van de boys met hun computers en printers afdrukken. Herman hielp haar, een partij T-shirts te verhuizen, en daarna gingen Yvonne en Sheila met elk twee printers tegen elkaar in. (Ja, de extra inktpatronen pasten op allevier printers.)

Je merkt het al: die saamhorigheid hier vind ik geweldig. Dat zeg ik niet voor het eerst. We snappen van elkaar, waarmee we bezig zijn, steken zonodig een handje toe, en later wordt er ruimhartig bedankt of verrekend.

Er gebeurde waarschijnlijk van alles, maar in Abs winkel hadden we geen tijd om naar de monitor te kijken of om klanten (merendeels van buiten Us Net) te vragen wat er plaatsvond.

Plotseling belde Yvonne (van thuis achter de printers), dat zij vernomen had dat het badje gevuld ging worden met dropwater voor het muntenduiken. Maaike propte drie spekkies in haar mond, vergat bijna haar Barbie, werd door Wiesje herinnerd aan het meenemen van een handdoek en iets van badkleding die zwart mocht worden, en stoof naar huis.

Vlak buiten Abs deur knalde ze tegen Sheila op. Allebei op de keien, evenals een lading verse T-shirts. Maaike een geschaafde elleboog, Barbie een arm los. Sheila braakte een reeks verwensingen uit, hielp Maaike overeind, riep Wiesje naar buiten voor de shirts, en geleidde Maaike met Barbie en arm naar Yvonne.

Wiesje raapte de shirts op, sloeg het zand eraf, en spreidde ze binnen ten toon. Ze waren al gesigneerd. De voorraad was nul, en er waren klanten, dus de shirts waren meteen weer verkocht.

Er kwamen geen nieuwe klanten. Met Wiesje op schoot nestelde ik me voor de monitor. Grada toonde nu de laatste voorbereidingen voor het dropbad. Maaike kwam er op teenslippers aangestoven in een flodderig slipje, een grote draagtas in de hand, gleed uit over grind op de keien, en kwam krijsend tegen het badje tot stilstand. Mina haastte zich om de schaafwondjes te bekijken, en nam Maaike mee uit beeld, waarschijnlijk om de verwondingen even schoon te spoelen. Wouter en nog vier kinderen stonden klaar voor een donkere duik.

Ab kwam de winkel binnen, vulde wat voorraden aan, en liet ons onder dankzegging gaan. We wankelden het pand uit, en bleven buiten staan. Uiteraard in een knuffel, maar wat wilden we verder?

Rust

Eigenlijk waren we moe van al dat verkopen. We slenterden noordwaarts, maar hoorden Sheila ons aanroepen met een vertrouwde kreet: "Wat doen jullie?" Ze stond voor de deur van der boys huis. Ik liet Wiesje antwoorden. Die aarzelde: "Eigenlijk willen we even alléén zijn, maar we komen natuurlijk langs die drukte. Maaike en Wouter zullen wel in het dropwater liggen."

Sheila knalde de deur achter zich dicht, en rende ons voorbij. Wiesje en ik keken elkaar vertederd glimlachend aan. Nu kwam ook Yvonne gehaast naar buiten, gaf ons een gezamenlijke knuf, en snelde achter Sheila aan.

Dat deed voor ons ook figuurlijk de deur dicht. Omarmd snelden we naar ons eigen huis. Onze logé's waren er niet. In de keuken vonden we een krop ijsbergsla en een zak paprikachips. Mee naar boven. Wiesje liet het bad vollopen, ik maakte in de slaapkamer water heet voor pepermuntthee. Snel de kleren uit, snel samen in bad, met dank aan die rugleuning. Wiesje voerde deze oude bok en zichzelf groene blaadjes sla, ik voerde haar en mijzelf paprikachips. Daarna haalde zij druipend de thee, terwijl ik maar vast het bad uit kwam om mijn blaas te legen.

Uiteraard mocht Wiesje proberen om mij in de pot te laten pissen - en dat ging maar nèt goed. (Ja dames, het blijft een kunst!) Aansluitend ging zij zelf ook maar even, wijdbeens zittend. Ik pakte de knijpfles, en spoot ons van onderen schoon.

Terug het bad in? Nee. We deden eerst maar even een vluggerdje op de luchtmatras. Pas daarna gingen we lekker onderuit in bad zitten. Maar ik had iets nieuws bedacht.

Ik had laatst een speelgoed-stethoscoop gevonden. Met een beetje geluk kreeg ik de slangetjes en oordopjes mooi waterdicht in mijn neusgaten. Wiesje zat het verrukt aan te kijken, zag wat eraan mankeerde, snelde spattend de trap af, en kwam terug met een grote kurk (halve drijver van een visnet?) en een fretboor. In bad boorde zij een gat in de kurk, en frunnikte het andere uiteinde van de slangetjes door dat gat. (De kurk hadden we bij VCR (leuk om dat begrip levend te houden) uit het water gevist. De stethoscoop was waarschijnlijk ooit door fietsers verloren.)

Nu kon ik kopje-onder gaan. Wiesje liet het waterpeil stijgen, en kwam op haar buik op me liggen, met die ooit al genoemde snorkel. Niet volmaakt romantisch, hoofden naast elkaar, maar wat was dit heerlijk! We wisselden na een tijdje van hulpstuk en plaats. Het is heerlijk om op Wiesje te kunnen liggen zonder haar met mijn gewicht te belasten of op mijn armen te moeten steunen. Al gauw kreeg ik weer een stijve. Wiesje werkte me bij haar naar binnen, en drukte me met haar benen tegen de opwaartse waterdruk in ritmisch naar binnen. Weer een prachtige gelegenheid voor onze gebarentaal!

We gooiden de zaadcellen met het badwater weg, en douchten elkaar met zeep en water schoon. Elkaar teder afdrogen, en op naar de slaapkamer, met de inmiddels lauwe thee. Helemaal zacht, helemaal schoon. Maar Wiesje liep nu een himalaya achter. Ze hijgde dat ze die nog van me tegoed hield, en trok me op haar voor een lange tongzoen.

Telefoon, Wiesjes toestel, dat blijkbaar op de keukentafel was blijven liggen. Ik rolde met tegenzin af, en Wiesje maakte dat ze beneden kwam. Te laat... Ze kwam terugbellend weer naar boven. Ja, we konden best over een uurtje optreden.

Er is een gewoonte gegroeid, dat de vrouwen de afspraken maken. Op zich niets nieuws, maar in het tijdperk van ieder een eigen telefoon is het dus ook zo, dat je de vrouw moet bellen. Met in het geval van de girls Janneke, en in het geval van de boys Herman. Maar ja, Wiesje en ik hebben meestal één toestel boven en een toestel beneden. (Ja Wiesje, misschien krijgen we wel kleine telefoontjes - als we die verdieping verschil ertussenuit halen.) We hebben gelijke toestellen, dus we graaien er één mee naar boven als er twee beneden liggen. Wiens toestel dat is, zien we pas aan de achtergrond van het beeldscherm, of we horen het aan de beltoon.

Langzaam kleedden we elkaar aan. Uniform code bruin, maar weer met een Yvonne en een Sheila T-shirt, en voor Wiesje een uniform topje achter de hand.

Optreden

Half zes. Eigenlijk een tijdstip om over een betere maaltijd dan sla en chips na te denken, maar wij vertrouwen op minstens Mina, zeker op een Heidefeest en met ook Diana als hulp. Bad en bed hadden ons goedgedaan, hoe kort ook.

We liepen weer achterom naar de girls, vonden die (zoals verwacht) niet thuis, liepen (bij gebrek aan achterom) voorlangs naar de jaffa's, vonden die (zoals verwacht) wèl thuis, aten de laatste happen hummus met rijst mee, en waren voor hen aanleiding tot uniform code blauw, en zulke T-shirts als wij. Gevieren wandelden we naar de kroeg.

We werden ingehaald door een groep wielrenners (Moet je nagaan: minder dan een half etmaal na de officiële opening van het schelpjespad, met notabene een wielerwedstrijd!), en zagen hoe ze bellend en roepend moesten afremmen voor de menigte die zich vanaf het dorpsplein tot aan onze kant van de Bittenbrug uitstrekte. Ik maakte een digitale aantekening: volgende keer Ton & Saar vragen om een tijdelijk waarschuwingsbord te plaatsen waar bij hen de schelpjes beginnen, en Kees vragen om datzelfde te doen bij zijn camping of bij het begin van de schelpjes aan onze kant van het viaduct.

De passage verliep niet feilloos. Wielrenners plegen aanspraak te maken op onverwijlde ongehinderde doortocht, feestelijke drinkers op ongehinderd samenscholen en op geduld van wie erlangs wil. De gangmaker stiet iemand een glas bier uit handen, de wielrenners twee en drie kregen een lekke band op de scherven, de overige zeven (of zo) trachtten het glas te ontwijken, en reden remmend de menigte in. Nog meer vallende glazen, nog twee lekke banden.

Hans dook op uit die menigte, en wierp zich op als regelneef. Vier lekke banden? Plakspullen mee? Meekomen naar achter de kroeg. Andere zes intussen naar de kroeg? Er kon ook gedoucht worden. Handdoeken? Te koop bij... Oh, Geerts handdoekenkraam was inmiddels opgeheven... bij Abs souvenirshop, aan het andere uiteinde van het dorp.

De verblufte wielrenners volgden Hans, de inwoners en hun gasten pakten bezems, stoffers en blikken. Tegen de tijd dat wij vieren slenterend ter plaatse kwamen, herinnerden slechts bierlucht en plakkende keitjes aan het voorval. Zelfs de gesprekken waren hervat. Iemand vroeg ons, of we gingen spelen. Ons jawoord zoemde ons vooruit, en langzaam maar ongevraagd ontsloot zich voor ons de kortste weg door de menigte naar de kroeg.

Ook binnen was het stampvol. Met David als een soort ijsbreker en de meiden tussen hem en mij in geraakten we bij het podium. De boys hadden hun eigen zaakjes al op orde (Ja Wiesje, ik zag het óók aan de vorm van de bobbel in hun shorts.), en waren al gevorderd met het opstellen van het drumstel. We namen het dankbaar van hen over.

Diana dook op vanuit de berging, was blijkbaar vanuit de keuken achterom gelopen. Of we al gegeten hadden? Nou ja, Wiesje en ik een beetje. Esther en David knikten dat ze net gegeten hadden. Van de boys kende ze het antwoord blijkbaar al. Ze verdween, zelfde weg terug. Als in een weerhuisje kwam Sheila (weer in zwart-wit met corsage) door de menigte naar het podium: wat we wilden drinken? We maakten het met ons zessen af op een grote pot pepermuntthee met drie mokken. Sheila verdween in de menigte.

We waren dus met ons zessen, HZ in plaats van HZH. We zagen twee handen in de mensenzee (Hoeveel kunnen er in de gelagkamer, tegen de tweehonderd als de tafeltjes weg zijn?), en zagen Afra en Janneke met (op dat ogenblik lege) dienbladen.

We probeerden het publiek in te schatten: weinigen onder de dertig of boven de zestig, verhit, veelal in Sheila T-shirt, noodgedwongen dicht opeen, maar daarbij duidelijk in paren, niet aan hun eerste drankje. Ik keek naar Geert: "Volgens mij wordt het Twenties, ouwe bopper!" Geert knikte berustend. "Twenties" hield in, dat ik op de wind controller trompet ging spelen, dus David drummen, dus Esther op klarinet en Wiesje op piano. (Er is veel nodig om Geert van de tenorsax te krijgen, of Herman van de contrabas.)

Mijn repertoire is beperkt, en ik heb weinig steun aan bladmuziek. Maar in jazz kun je eindeloos improviseren, en niemand heeft bezwaar tegen alweer een bluesje. Ik trapte dus maar af voor een gezapige bouncy vertolking van Royal Garden Blues. Gewoon achtergrondmuziek voor een zondagmiddag ontspanning aan de oevers van Lake Pontchartrain. David weet dat heerlijk te drummen, Herman heeft in Us Net ook de jazz van zelfs ver voor Charlie Parker leren waarderen, en staat bij deze muziek met een brede lach heupwiegend zijn bas te vingeren. Kortom, we waren meteen in the groove, en het publiek ook.

We namen lange soli, met alle tijd om een verhaal naar een hoogtepunt te vertellen. Esthers aanblik trok meteen een paar zatte kuttenkijkers naar de rand van het podium. Voor hen deed de muziek niet terzake, ze wilden Esther bloot zien, en Wiesje eigenlijk ook. Die ene ging op de rand van het (lage) podium zitten, leunde achterover, en kon vaststellen dat Esther een string droeg. Hij ging op zijn rug liggen. Twee maats kwamen erbij liggen. Bill baande zich een weg naar het podium, en trok de heren aan hun enkels terug, en liet ze zachtjes met hun rug tegen de rand van het podium zakken. Ze hernamen bliksemend hun lighoudingen. Bill, Geert en ik droegen hen één voor één door de berging naar buiten, en legden hen in het gras. Vlakbij de wielrenners, die hun reparaties aan het afronden waren. Geert en ik waren mooi op tijd terug om het nummer uit te maken.

We bouwden een symbolische borstwering van instrumentkoffers, en gingen door met Muskrat ramble. Herman wilde het zingen, dus ik schoof hem een zangmicrofoon op standaard toe. Hij kon het niet laten, en we zijn erop bedacht: we gingen eventjes over op de I feel like I'm fixing to die rag die iedereen van Woodstock kent: "And it's one, two, three, what are we fighting for?" De hele gelagkamer en het hele dorpsplein joelden de whoopees mee.

Daarna ging Wiesje op accordeon en ik op gitaar voor iets anders in hetzelfde tempo: Whiskey in the jar.  Bij de klappen in het refrein werden steeds een paar glazen te hard neergezet, dus "Whack-fol-de-daddy-o" klonk nogal naar "Wel godverdomme! Oh!" Maar iedereen genoot. Ook meteen de Wild rover maar? Na ieder "No, nay, never,..." werd een aardbevinkje opgewekt. Pech voor wat lege glazen, dus het werd geleidelijkaan gevaarlijk om blootsvoets te zijn. Hé, waar waren de honden? Sheila kwam aangeknarst, nam de vraag aan, en ging zoeken. Van bij de toog wees ze naar buiten, en stak drie vingers op. Gelukkig!

Na een gezellige en lange eerste set gingen velen huiswaarts, blijkbaar om te eten en in kleine kring gezellig te wezen. De mensdichtheid nam af. Mina ging terstond aan het vegen, en Mart was erbij met stoffer en blik. Afra en Janneke hielden de betreffende vierkante meters intussen vrij. David en Esther glipten naar de berging. Sheila kwam gezellig bij ons (de boys, Wiesje en mij) zitten, op de driezitsbank terzijde op het podium. In haar kielzog Maaike, met in haar ene hand de herstelde Barbie, in de andere een halflege grote zak spekkies. Ze gaf een rondje, vertelde aan ieder afzonderlijk, hoeveel ze gewonnen had in het dropwater, en klom bij Sheila op schoot. Schootzitters junior, iedereen die het zag lag dubbel.

Buiten (waar anders?) begon het voorzichtig te regenen. Mina onderbrak haar geveeg voor een blik op de buienrader, en riep om, dat er een beste onweersbui aan zat te komen. Opnieuw haakten mensen af, vaak met een verontschuldigende zwaai naar het podium. Wie buiten zat kwam binnen. Ik zag Mina bij de toog rondkijken, wees het Wiesje, en even later hielpen de boys en wij haar om alle apparatuur en meubels naar binnen te krijgen. David en Esther doken ook op, en droegen hùn steentje bij.

De wielrenners hadden problemen. Één van de vier lekke banden was niet meer te plakken. Het ergste onweer was nabij, ze waren niet op regen gekleed, het werd toch al donker, ze hadden geen licht op de racefietsen, en ze waren veertig kilometer van huis. Bill en Ab verdwenen naar het privédeel voor zo'n roemrucht onderonsje van hen. Iedereen (nu nog ongeveer honderd man) leek wel weer muziek te willen, maar eerst de zaak van de fietsers opgelost te willen zien. Inmiddels brandde het onweer zo ongenadig los, dat het de muziek ernstig zou verstoren.

Die oplossing kwam snel, en zoals gewoonlijk in een als, dan vorm. Iemand in Us Net had een nog ongebruikte fietsband van het juiste type op voorraad, en was bereid die tegen kostprijs (die Ab nog wel wist) af te staan. Ab zelf had nog wel enkele hoofdlampen en batterijen in voorraad: die LED-lampjes aan een elastische band gebruiken wij in Us Net nu eenmaal bij ontbrekende straatverlichting. En anders...

Geen anders! De wielrenners voelden zich hier helemaal niet op hun gemak. Ab haalde (in een lange regenjas en kaplaarzen) de lampjes en de band op. De betreffende fiets werd in de berging van de kroeg van een nieuwe band voorzien, zodra een wielrenner op Bills computer band en lampen had betaald. Gespecificeerde BTW-factuur per E-mail. Daarna namen de wielrenners een laatste ronde energiedrankjes. Weer één gezamenlijke bon (nu afgedrukt) voor de verteringen. Lampjes testen en opdoen, even de blazen legen, Ab en Bill bedanken, schuchter naar iedereen zwaaien, en daar verdwenen ze achter Bill aan door de berging naar achter, waar immers de fietsen stonden. Even later kwamen ze langs de open voordeur, en verdwenen om de hoek, richting viaduct en afnemende regen.

HZ greep weer naar de instrumenten. Yvonne zocht haar kroost, en vond Maaike half slapend tegen Sheila aan op die bank op het podium. (Wouter en Dennis bleken thuis te zitten gamen.) Maaike schrok wakker, zag ons met muziekinstrumenten in de aanslag, en wilde zo graag eventjes vanaf de bank de muziek volgen. Sheila herinnerde zich, dat zijzelf nog in functie was als dienster. Yvonne sloeg dubbel van het lachen, en ging weer van het podium af.

De sfeer was veranderd, dus we besloten anders te gaan spelen. Een setje rock & roll dan maar. Ik naar slagwerk, David naar electrische gitaar, Esther naar zang. We brandden los met Johnny B. Goode, en meteen was de hele gelagkamer dankbaar in gebruik als dansvloer. Sheila zat te swingen op de bank, Maaike liep tussen ons door alsof ze een tentoonstelling van de mooiste sieraden bezocht. We lieten haar even begaan, maar maanden haar weldra om aan de kant te blijven.

Want Esther begon te dansen op de soli van afwisselend Geert en David, en Wiesje liet na tig choruses de piano (synthesizer) staan, en ging tegen Esther in dansen. Elkaar uitdagen, de zaal uitdagen. Sheila stond terzijde mee te doen, en straalde toen Wiesje haar in de act betrok. De drie meiden overtroefden elkaar, Maaike stond bij de bank mee te bewegen (met aanzetten tot danspasjes), en ik drumde me (bij gebrek aan conditie) uit de naad. Esther bespeurde mijn moeheid, loste me onder het spelen af (uiteraard minder klef dan Wiesje), en ik wankelde naar Wiesje en Sheila.

Ik hoefde niets te doen: staan, beetje draaien, doen alsof ik Wiesje en Sheila leidde in hun danspassen. Ik kon inderdaad een beetje uitrusten, en iedereen vermaakte zich kostelijk. Uiteindelijk kroop ik weer terug achter het slagwerk, opdat Esther het nummer uit kon maken met eindeloos herhaald "Go, Johnny, go!". Geestdriftig maar krachteloos applaus: ook het publiek was kapot. Maaike gaf de muziek een rondje spekkies, en verdween naar Yvonne. Sheila hing op de bank in een houding die op mannen overkomt als wellustig.

We veranderden weer van bezetting: David op slagwerk, Esther op synthesizer, Wiesje en ik los. Ik zong a Whiter shade of pale (drie van de vier coupletten), en Wiesje danste erbij alsof ze een vloeistofdia was. Onder de soli gingen we uiteraard schuifelen, zoals het merendeel van het publiek. Sheila zat zich op de bank te vingeren.

Tot slot van deze set maar weer iets snellers: onze jazzy Mayim. Ongeveer twintig mensen dansten de passen. Sheila stond bij de bank à go-go te dansen. Ze moet ergens de beginselen van de buikdans hebben opgedaan, en ze paste die heel uitdagend toe.

We deden geen derde set, bij gebrek aan lichaamsconditie voor het drummen. Isabel kwam naar voren. De boys en zij zouden als trio overnemen. De jaffa's, Wiesje en ik bleven nog even in het donkere hoekje afbouwen en nagenieten, en gingen toen samen huiswaarts. Het was droog, koel, en winderig.

Bij ons brandde licht. Onze logé's waren vóór het onweer hierheen gegaan. Nu zaten ze bloot in de huiskamer aan het Griekse spul. Mart vertelde mythologische herdersverhalen. Diana vroeg, of we nu gegeten hadden. Wiesje en ik keken elkaar aan - dat was erbij ingeschoten. Diana keek naar de klok, belde Mina, trok snel iets aan, en haalde voor ons op wat al die tijd warmgehouden was. Lief! We namen dat en een karaf metaxa mee naar boven, en gingen weer eens in bad zitten eten. Weer even alléén zijn! Daarna ploften we op ons bed, rolden in elkaars armen, en sliepen.

Zondag

Voorbereiden

Geklop. Huh? Op de deur. Welke deur? De slaapkamerdeur. Slaapkamerdeur??? Hij stond open. Er dreef een bakgeur binnen, en de stem van Diana vroeg, of we een eitje beliefden. Nee, dank je! Wiesje schoot in de versnelling: "Liever sperma!" De deur ging dicht, onze ogen gingen open. Knuf!

Inderdaad, het leek net op In Amsterdam [geloof, sex], maar dan in onze eigen konijnenflat. Na een ernstig ingekort ochtendritueel kwamen Wiesje en ik in het blauw beneden. Aan de keukentafel zaten onze gasten bloot maar niet op schoot te ontbijten, en de hond lustte nog wel een hapje toe. Misgegokt. Wiesje en ik kleedden ons weer uit. Ochtendknuffels voor iedereen. Ik schoof één stoel bij, Wiesje schok ons één mok koffie in, We waren benieuwd naar alle belevenissen van de vorige dag.

Nou ja, Mart en Diana hadden bijna ononderbroken "achter" in de kroeg geholpen, hadden daarom de kans van het onweer aangegrepen om zich af te melden, en hadden dus ook weinig meegemaakt.

Frans en Cisca (en Jan) hadden dat gesprek en die lammetjesronde met de politici gehad. Die hadden zich geschaamd voor de toestand, en hadden verbetering beloofd. Ach, het zou mooi zijn... Dan was er misschien geld om kinderen op te voeden, bijvoorbeeld. Nadien hadden ze alle vertier van een afstandje gadegeslagen, deels op het grote scherm. En ze waren mèt Mart en Diana hierheen gegaan. Mart kon goed vertellen, en dat Griekse spul was toch wel erg lekker. En wij?

Wiesje vertelde van de winkel, de T-shirts, de wielrenners, het optreden.

We kleedden ons allen aan, en liepen samen langzaam naar de kroeg. De hond had veel te snuffelen. Het liep tegen negenen, en het was een vrij koude nacht geweest. Nu warmde het weer snel op. En we liepen gewoon iets inniger omarmd...

De gelagkamer van de kroeg liep vol, de actiefsten het dichtst bij de toog. Daar was gratis koffie. Naast Ab en Bill stond Bob. Voor analisten ("kremlinologen", zou je vroeger zeggen) betekende dat: activiteiten rond het water op komst. Zelfs Teun stond daar, weliswaar terzijde.

Ik waagde een voorspelling aan mijn gezelschap: gebeurtenissen in het water, en omdat het publiek dan zowaar op de Televisiekanaaldijk (publieke zijde) stond, kon het mooi kijken naar iets bij Teun aan de overkant, een wedstrijd tent-opzetten bijvoorbeeld.

We hebben iets nog niet uitdrukkelijk vermeld, meen ik. De Televisiekanaaldijk (commerciële zijde) ontmoet de Digitale Zandweg niet tegenover het huis van Toos, maar geert noordwaarts tot bijna tegenover ons huis. Teun woont op een laag stuk land dat wellicht uitgegraven had zullen worden voor een zwenkkom, maar nu een voorbode was voor onze rimboe. Kees de Jonge woont in een dijkhuis aan de landzijde van de dijk, slechts door een verraderlijke sloot gescheiden van onze rimboe. (Dorpsplein, kerk en kroeg staan op een vergelijkbaar driehoekig stuk land, maar op dijkhoogte. De Blokhut staat aan de Veldzicht-zijde ervan.) Kortom, wie vanaf de Bittenbrug langs de loswal loopt, die staat weldra in het gras van de dijk, tegenover Teuns huis en steigertje (met Kees' roeibootje).

Oh, ja. Verderop komen activiteiten op het water ter sprake. Het Televisiekanaal is voor een turfvaart nogal breed (omdat het de kanalisatie van een slingerende veenstroom is?), maar is aan het dichtgroeien (verlanden, zie Inleiding). Bobs bevoorradingsvaarten (sinds Winter) remmen dat proces, en Bob heeft met de "Klaas Vaak" enkele ondieptes die hem in de weg zaten verwijderd zodra hij hier kwam wonen. En de "Louis XIV" blijkt soms op het veen te rusten.

Om vijf over negen greep Mina een microfoon voor het weerbericht: broeierig, vanavond weer onweer. Ze reikte de microfoon aan Bill. Voorstellen, door hem in tijdsvolgorde gezet: (1) wedstrijd tent-opzetten, (2) behendigheidsvaren met de "Boxershort", (3) behendigheidsvaren met radiografisch bestuurbare scheepjes. Totzover mee eens of oneens? Dan stonden deze onderdelen vast. Maar tussen (2) en (3) was een pauzenummer nodig. Hij zocht Mart: of die zijn Klassieke dictee nog wilde geven, liefst in het Latijn, gehuld in toga? Mart bloosde als een biet, maar stemde in.

Frans en Cisca kregen een inval. Frans fluisterde met Bill. Die proestte, en zocht met zijn ogen Jan (verweg aan een tafeltje in gesprek met Hector). Frans snelde op hem af, en fluisterde. Jans lichaamstaal was duidelijk: "mij best".

Bill kondigde nu onderdeel (4) aan: nader te bepalen zwemwedstrijd voor honden. Nog meer? Kon altijd nog. Voorts zou Our Country 's avonds willen optreden, met tussen de sets conferences van Bill. Dat vroeg twee ervaren vrijwilligers extra. - Applaus, en met die vrijwilligers kwam het wel goed. Mina was al met Ton en Kees aan het bellen over de wedstrijd tent-opzetten: kon dat al om elf uur? Hoera!

Bob kwam op mij af: of Wiesje en ik hem en Marie wilden helpen om de vaartuigen te verslepen? Wiesje voelde dat ik ja wilde zeggen, en deed het zelf. Achter Bob maakte Ab een gebaar van "te laat!", en ging waarschijnlijk op zoek naar winkelhulpen.

Wiesje en ik liepen met Bob en Marie naar buiten, stapten in de "Boxershort", en tuften naar VCR. Onderweg vertelde Bob, welk parcours hem voor ogen stond, en dat hij van ons heus geen moeilijke dingen verwachtte.

Ter herinnering: Bobs verzameling vaartuigen bestond uit: werkschip "Klaas Vaak", sleepboot "Boxer" met bijboot "Boxershort", sleepboot "Louis XIV", baggermolen "Sisyphus", (zie totzover Eindelijk 1 [geloof, sex]), een drijvende kraan, een dekschuit en drie baggerschuiten (zie voor deze aanwinsten Stoom 4 [sex]). Bob meende, dat de dek- en baggerschuiten plus "Boxer" en "Klaas Vaak" een aardig parcours zouden kunnen vormen. We konden het niet ontkennen.

Dan paste het mooi in twee slepen, en zo gebeurde het. Marie nam met de "Boxer" twee van de baggerschuiten en de "Boxershort" op sleeptouw, met Wiesje als dekknecht. Bob nam de derde baggerschuit en de dekschuit mee achter de "Klaas Vaak", met mij als dekknecht. Op de dekschuit had hij trouwens een twintigvoets tankcontainer gasolie, tegenwoordig voorraad voor hemzelf en voor Ab.

Het dekknecht spelen was vooral gezelschap houden. We konden (met een verrekijker, over de baggerschuiten heen) Wiesje zien gebaren terwijl ze Marie dingen vertelde. (Oh, weet je niet meer waarover, lief?) Zelf zat ik uiteraard naar Bobs verhalen te luisteren.

Tent-opzetten

Het tent-opzetten was nog gaande toen wij naderden. Aan bakboord (bij Teun) werd de laatste hand gelegd aan twee tenten ter grootte van (elk) twee klaslokalen. Terwijl wij onze vaartuigen als hindernissen afmeerden (met de landvasten van oever tot oever hopelijk net boven hoofdhoogte), bleek de wedstrijd ook het afbreken van de tenten te omvatten. Daarbij bleek, dat de grote tenten waren opgetrokken over bungalowtenten heen. Bovendien waren er verschillende teams van elke camping. In de haast ging er van alles mis. Aan stuurboord zat een bemoedigend groot publiek redelijk geestdriftig mee te leven.

Op de grens van dorpsplein en dijk deed Mina achter een tafel inmiddels goede zaken met frisdrank. Dennis en Wouter hielpen bij de aanvoer van trays uit de koelkast.

Wiesje en ik moesten natuurlijk eerst weer bijknuffelen. Vertederde blik van Marie, hoofdschudden van Bob, een snelle schaduw van verdriet bij Marie. We liepen omarmd op haar toe, opdat Wiesje haar een knuffel kon geven. Marie was geroerd.

Binnen in de kroeg was het uitgestorven. Bob meldde aan Bill de hindernisbaan te water gereed. Wiesje en ik gingen naar het herentoilet. Bij beiden zat alles er nog aan - maar zoiets moet je natuurlijk steeds nakijken.

Daarna gingen we even kijken, wie bij Ab in de winkel stond. Ah, de boys, in het zwart. Ze zaten knus naar de monitor te kijken. Nog bijna geen handel. Ik vond hen in een leuke houding zitten, en schoot er foto's van. Dan kon Geert die desgewenst gebruiken voor een schilderij. Aansluitend een begroetingsknuffel, eerst het andere stel, dan elkaar - een aardigheidje van Wiesje dat sinds Schaapjes [sex] geleidelijk anderen aansteekt.

Wiesje vond, dat tussen de kunstzinnige souvenirs twee verse werken van Geert ontbraken. Geert keek Wiesje onderzoekend aan, en haalde de doeken van de overkant. Wiesje plaatste ze op schildersezels van Ab, en plaatste die nogal opdringerig, met mooie lichtval. Herman vond, dat de vraagprijs best met 20% omhoog kon.

"Wat doen jullie?" Maaike kwam kijken, hoe de verkoop van háár T-shirts liep. Wiesje gaf haar een knuffel, en vertelde, dat er nog maar weinig mensen in de winkel waren geweest. Maaike knikte begrijpend, zei kort "Dàg!", en rende richting dorpsplein. Wij vieren keken elkaar vertederd aan.

Wiesje was in een voor haar doen zeer zakelijke bui, en stelde de boys voor om een DVD van hen beiden (sax en bas, verrassend onderhoudend) op te zetten. Het lukte om het beeld van de DVD desgewenst in te ruilen voor dat van Grada's uitzendingen. We gingen weer terug.

Boxershort

Bij het kanaal deed Ab inschrijvingen, terwijl Bob naast hem inlichtingen verstrekte en Marie vanuit de "Boxershort" posters met vaar-aanwijzingen en strafpunten op het parcours aanbracht (die wellicht tevoren het zicht op de tenten zouden hebben belemmerd).

Dennis en Wouter behoorden tot de eerste inschrijvers, en achtten zichzelf grote kanshebbers. Sheila dook op, en wilde ook - met Wiesje en mij. Ik legde uit, dat alleen al mijn gewicht de klus veel moeilijker zou maken. Intussen was Maaike er ook, begreep niet helemaal waarover het ging, maar wilde ook meedoen, eveneens met ons beiden. De beide jongedames werden alvast door Ab ingeschreven, terwijl ik Sheila trachtte te overreden om licht te varen.

Uiteindelijk stemde ze in met Wiesje als gezelschap, terwijl ik Maaike zou helpen. Aart stond meteen met een videocamera klaar. Yvonne stond tegen hem aan, met een blik van "Laten ze nu eens een goede indruk maken!" Overigens stopte Ab bij twintig inschrijvingen: het schouwspel zou toch al twee uur duren.

Bob had het volgens mij slim opgezet: een zware ballenlijn aan de kanaalzijde van het parcours, een lichte ballenlijn aan de brugzijde, met ongeveer een basketbalveld ruimte (met wat rietpluimen) tussen deze lijn en de brug. Elke deelnemer kreeg één minuut om op dat "veld" motor en roer in het gevoel te krijgen, en had daarna de lichte ballenlijn als meet. Lag je dan nog niet klaar, dan ging je wedstrijdtijd evengoed in.

Dennis en Wouter zouden als eersten gaan, Sheila en Maaike als laatsten, met dus zestien anderen ertussen. Wiesje en ik nestelden ons met beide meisjes op een mooi plekje. Blikjes frisdrank, zak spekkies, het kon slechter.

Dennis probeerde vooral het roer. Vervolgens wilde hij het parcours op topsnelheid afleggen (alsof je met een volle boodschappenkar door een lege supermarkt jaagt), en schoof bij de eerste bocht over de zware ballenlijn. Uitgeschakeld, maar hij mocht buiten mededinging het parcours voltooien. Hij wilde het niet eens meer.

Wouter probeerde vooral de brandstofhaan, maar dan alleen vooruit. Hij voltooide het parcours, maar met een flipperkast aan strafpunten. Wiesje en ik lieten de meisjes lering trekken uit deze en volgende prestaties. Ik maande hen om tijdig gas terug te nemen, en om achteruit te slaan om af te remmen. En om de oefenminuut dáárvoor te gebruiken.

Sheila had het goed begrepen. Zij zat achter aan de helmstok en brandstoftoevoer van de buitenboordmotor, Wiesje zat op de bank midscheeps, en brulde aanwijzingen. De "Boxershort" legde het parcours foutloos af in een redelijke tijd - totzover goed voor de eerste plaats.

Ik ging bij Maaike zitten, aan de andere kant van de helmstok, klaar om in te grijpen. Maar Maaike liet al in de proefminuut zien, hoe goed ze had opgelet. Het publiek juichte verbaasd. Ik hoefde maar te brullen, en Maaike gaf snel veel gas, maar nam het dan weer snel ver terug, met het oog op mijn inbreng in de massa van het bootje. Foutloos, precies dezelfde tijd als Sheila. Gedeelde eerste plaats! Alle combinaties onderlinge knuffels. De meisjes op het schavot, een jongeman van buiten Us Net als derde. Maaike bood ook hem een spekkie aan, maar hij bedankte geërgerd. Zo'n wedstrijd behoorde niet gewonnen te worden door kleine meisjes!

Ook Dennis en Wouter hadden de pest in, maar waren wel blij met de winst binnen het gezin. Yvonne straalde, vooral naar Aart. Mina zag het, en wenkte Yvonne. Wiesje en ik zagen, waarschijnlijk als enigen naast Mina, hoe Yvonne en Aart de privé-vertrekken van de kroeg in verdwenen. Mina zag dat wij het gezien hadden. Ik stak een duim omhoog. Ze glimlachte.

Voor de radiografisch bestuurde bootjes moest een parcours worden uitgezet op de plaats van het grote. Wiesje en ik meldden ons weer bij Marie en Bob, en hielpen alles weer weg te varen, meteen maar helemaal terug.

Toen we met de "Boxershort" bij het parcours kwamen, was het nog niet af. De coördinatie zou berusten bij Aart, maar die was niet te vinden. Evenmin als Yvonne. Maar plotseling waren ze weer onder ons, met natte haren. Maaike wilde inderdaad weten: "Waar waren jullie?" Yvonne deed het af met een knuffel. Sheila legde zachtjes uit, dat papa en mama even geknuffeld hadden. Maaike loeide: "Even???" Gelach alom.

Dictee

Wiesje en ik hadden het pauzenummer nog niet gemist, al was het ons glad ontschoten: het dictee van Mart. Hijzelf verklaarde, dat hij het vanuit de "Boxershort" wilde opgeven, en dus gewacht had tot die terug was. Maar de aanwezigheid van Wiesje en mij zal ook wel vereist zijn geweest, want het bootje van Kees lag al die tijd rustig aan het steigertje van Teun te dobberen.. Mart stond er trouwens op, dat wij meededen. Afzonderlijk zelfs, opdat wij niet zouden fluisteren.

Er bleek nòg een reden: toen Mart eindelijk in toga (gokje: tweepersoonslaken) en met een lier in het bootje stapte, had hij Sheila en Maaike bij zich als zogenaamde muzen. Ze waren gekleed in nogal doorzichtige nachtponnen, voorzien van de vleugels waarmee ze ooit vliegende vissen hadden verbeeld (zie Heidefeest 4).Maaike had een kinderxylofoontje (eigenlijk een glockenspiel) bij zich, Sheila een set kleine bongo's bij zich (waarschijnlijk van Dennis), en de mallets voor de xylofoon.

Diana hielp als comic relief. Gekleed in witte uniform bikini (beha en string) en diadeem, elk opgetuigd met veren en vergelijkbare frutsels maakte ze elke assistente van televisieshows belachelijk - en bewees den volke tevens, dat vrouwen van vijftig niet noodzakelijkerwijs onaantrekkelijk zijn. (Ter herinnering: ze oogt jonger dan Wiesje echt is, en die oogt zelf wéér tien jaar jonger. Afra mag er ook nog wezen, maar die had zich nog niet zo schaars gekleed in het openbaar vertoond.) Afijn, Diana had attributen bij zich.

De "Boxershort" lag tegenover Teuns steiger voor de wal , met de boeg in het veen gezet. De meisjes zaten achterin, Mart stond in het midden. Allereerst gaf hij aanwijzingen omtrent zijn uitspraak van het Latijn: wetenschappelijk, niet kerkelijk. Vanaf de wal reikte Diana hem (nu op de voorplecht) de spullen aan, en Mart bracht met een toneelstem een beslist werkelijkheidsgetrouw plengoffer aan Apollo, de Muzen, en de Olympische goden in het algemeen. Wiesje en ik wilden er plechtig bij gaan staan, maar dan hadden we velen het zicht belemmerd.

Vervolgens boomde hij met een roeiriem de boot naar het midden van het kanaal. Hij stond behoedzaam op, telde luide tot tien om de akoestiek te bepalen, verklaarde "Alea iacta esto", haalde een dik papier uit een rol, legde het vóór zich op het bankje, nam de lier op, en begon ritmisch te dicteren. De meisjes volgden elke zin met een Rakete (ta-daa) op bongo's en glockenspiel.

Diana zat naast Wiesje mee te schrijven, en nam intussen het geluid op. Stel je voor: honderd mensen die letterlijk en figuurlijk zitten te zweten op een kitscherig dictee in het Latijn. In het publiek waren enkelen meteen het spoor al bijster, en vaak hoorde je tussen glockenspiel en bongo's door Latijse citaten die in de Asterix-albums zijn gebuikt. Er was trouwens iemand die blijkbaar heel goed Latijn verstond èn zijn Asterix beheerste, want zijn citaten sloten (volgens ons, die avond bij het beluisteren van de opname) mooi aan bij de tekst.

Het dictee duurde een kwartier. Applaus voor Mart. Hij vroeg iedereen, zijn geschrift ter beoordeling te ruilen met een buur, en roeide terug naar de loswal, waar hij aan land ging. Diana deed ijlings kopieën van de tekst doorgeven. Mart begaf zich voorzichtig tussen het publiek door naar de plek vanwaar Diana hem de spullen had aangereikt.

Hij keek rond, zag uiteindelijk iedereen klaar met nazien, vroeg iedereen het eigen papier ter hand te nemen en de fouten te tellen. Wie had er minder dan... tien fouten? Vingers! Geen vingers. Twintig? Wiesje meldde zich. Diana wees (alweer ijlings) twee controleurs aan. Uiteindelijk keek Mart ook zelf grondig. Hij monsterde Wiesje meewarig, en sprak: "Ik had van mijn kind minder fouten verwacht." Aansluitend gaf hij haar een knuffel. Wiesje piepte, dat ze de korte lettergrepen zo slecht had kunnen verstaan door het kloppen van haar hart, en dat dàt weer door mij kwam.

Mart riep mij erbij, keek allereerst naar mijn score, en vroeg wat zijn oude schoolvriend (weliswaar beta) bezielde om zo ontzettend veel fouten te maken. Ik piepte over het kloppen van mijn hart voor Wiesje. Gelach en applaus. Mart legde Wiesjes handen in de mijne, legde zijn handen op onze schouders (het meest gefotografeerde schouwspel van dit Heidefeest), richtte de blik hemelwaarts, en vroeg theatraal in het Oud-Grieks, wat Aphrodite wel mocht overkómen om een optreden ter ere van Apollo zo te bezwaren.

Intussen had Diana de prijs bij Mina opgehaald, en liet Mart die aan Wiesje overhandigen: een fles citroenbrandewijn (probeersel van Kees). Knuffels onder ons vieren, applaus van iedereen, onderdeel afgesloten.

Het parcours Radiografisch was intussen nog steeds niet uitgezet. Misverstanden rond de aanwezigheid en afmetingen van Bobs vloot. Teun stapte bij de loswal in de "Boxershort", roeide in luttele slagen schuin over, en haalde van naast zijn schuurtje allerlei staken. Aart trad naar voren als organisator, bestelde alle (twintig) staken, en deed Teun die op zekere plekken in de kanaalbodem prikken. Uiteraard staken ze ver uit. Vervolgens werden staken door allerlei trossen, touwtjes, kettingen en vislijnen tot grotere hindernissen samengevoegd. Heel vermakelijk.

Radiografisch

Wiesje en ik hebben een groot deel van de wedstrijd (en demonstratie) Radiografisch pas later op de computer bekeken, waaronder de zang van de girls. We moesten gewoon weer even onder ons zijn. Mart en Diana moesten zich terugverkleden, liepen met ons mee, en maakten van de nood een ondeugd. Frans en Cisca (en hun hond) kwamen ons achterna, en maakten óók maar een nummertje. Wiesje merkte op, dat Mina haar scorebord niet had opgesteld. Cisca riep, dat Frans bovenaan zou staan. Mart, Diana, Wiesje en ik riepen in koor: "alfabetisch!". Beneden blafte de hond instemmend.

Uiteindelijk kwamen we met ons zessen (en de hond) terug in de drukte, per paar omarmd (arm om de ander heen), de paren gearmd (arm in arm). Iedereen keek naar het grote scherm, en miste Mina's scorebord.

Maar goed, we zagen de laatste minuten van de radiografisch bestuurbare bootjes. Geen zeilboot, trouwens, maar vlak boven het water stond toch al geen wind. Weer ongeveer het spul, de deelnemers en het programma van de vorige keer, maar nu waren Bob en Marie erbij. Voor hen was de radiografische besturing (van andermans bootjes) nieuw, maar zij hadden ruime ervaring in hun hoofd en handen, en hoefden die slechts op schaal te brengen. Achteraf had ik meer hiervan willen meebeleven, maar ik heb niets liever dan ook de zoveelduizendste vrijpartij met Wiesje. (Ja, lief, dan schrijf ik toch gewoon daarná weer verder?)

Er kwam een indrukwekkende demonstratie als toegift. Wouter had een duikboot (naschrift 2022: nee, een onderzeeër) van ongeveer dertig centimeter lang, voorzien van een zoeklicht en camera's. Dennis bediende het kraanschip. Yvonne hield op de wal wat voorwerpen voor de camera. Daaronder waren enkele fel gekleurde ballen van verschillende grootte (zoals pingpong- en tennisbal), de grotere voorzien van ogen (voor haken).

Maaike mocht een roze "tennisbal" in het kanaal gooien. Wouter stuurde radiografisch de duikboot naar waar de bal was neergekomen. Met wat zoeken vond hij de bal. Zonder dat de precieze plek van de duikboot te zien was voer Dennis het kraanschip erboven, en vierde een geel-zwartgestreepte hijshaak. Na wat manoeuvreren met het kraanschip zag je de haak nabij de bal op het scherm. Dennis draaide de kraan, en wist de bal aan de haak te slaan. Applaus!

Nu een signaalblauwe "pingpongbal". Wouter was zo slim om boven de waterplanten te varen, en de bal bleek op een waterplant beland, decimeters boven de bodem. Dennis liet een grijper zakken, en plukte de bal van de plant. Applaus! De bal werd in een ruim gedropt.

Een metalen knikker, zoals in een flipperkast. Die zou beslist in de bodem zakken! Maar de duikboot bleek een metaaldetector te hebben, en toonde met de camera aan de onderkant de plaats in de blubber. Weer wist Dennis met de grijper het voorwerp boven te halen. Staande ovatie, en einde oefening. Aart kon voor de camera verklaren, dat hij zojuist van de maker van het kraanschip een nieuw te bouwen kraanschip had gekocht, tegen kostprijs, en dat hij hoopte om beide schepen met GPS te kunnen uitrusten.

Ik was geroerd, dus ik moest het Wiesje uitleggen: zulke mooie stukken handarbeid, dat het evengoed een grote uitgave zou worden, en dat ik onder de indruk was van de prestaties van de jongens. Ze begreep het, en kwam ook zelf onder de indruk. We liepen naar Aart en de jongens, vlakbij, en knuffelden hen allen. Wouter wilde van mij niet meer dan een hand en een schouderklop, maar Dennis leek juist meer van mijn knuffel te genieten dan van die van Wiesje. Had Geert dus gelijk in Schoonmaak [sex]?

Ook Yvonne en de meiden kwamen de jongens gelukwensen. Die ondergingen het gelaten, maar lustten wel het aangeboden spekkie. Yvonne was blijkbaar bijzonder blij voor Aart. Hun knuffel kwam wel heel dicht in de buurt van de norm die Wiesje en ik stellen. We gunnen hen het geluk zozeer! Maaike loeide: "Nou, zeg!" De knuffel verslapte. Wiesje en ik maakten er een achtpersoons van, toevallig mooi om en om. Ook een veel gefotografeerd voorval. Maar Wouter wrong zich weldra tussen zijn zusjes uit. Hij viste een bahco uit een zak van zijn bermuda, en verdiepte zich in draaien aan het wieltje.

Honden

Het was even proppen en (vaartechnisch) rollen, maar Bill, Frans en Jan belandden in de "Boxershort" met de drie honden, ongeveer ter hoogte van Teuns steiger. Bij de Bittenbrug hingen Mina en Cisca drie kluiven (geen botten, maar bullepezen of zo) op. Duidelijk? Duidelijk! Gelukkig had Bill op toeroepen van Bob de boot met de boeg naar de brug gelegd: nu sprongen de honden meteen aan bakboord, stuurboord en over de boeg het water in. Beide schapenhonden hadden amper ervaring met zwemmen, maar dat lieten ze niet merken! Google poedelt (nou ja!) best vaak, maar hoeft niet te werken voor de kost.

Hector schoot als een zeehond op het doel af, de naamloze hond bleef op een halve lichaamslengte achterstand, en Google mocht blij zijn dat kluiven niet weggeschrokt kunnen worden. Mina lokte hen naar de grens van loswal en kanaaloever, waar je betrekkelijk gemakkelijk het water in en uit kunt. Er was een beleefd applaus.

Einde van het dagprogramma, etenstijd. Vanaf acht uur muziek en conferences.

Wiesje en ik zochten Frans en Cisca op voor overleg. Wij hadden geen lammetjesronde bespeurd, en volgens ons ging het Heidefeest ook maandag door. Wat nu? We liepen samen naar Abs winkel. Daar vonden we de boys nog steeds op hun post, maar Jan was er ook met Hector. Dat trof! En Ab kwam op onze hielen binnen. Hij nam de zaak weer over.

De boys hadden een aardige omzet gedraaid, en zowaar beide door Wiesje aanbevolen schilderijen verkocht voor de door Herman verhoopte prijs. Maar er was nu geen tijd om daarvan te genieten.

Herman ging de herders (en hun honden) voor naar zijn auto voor een lammetjesronde. Geert ging als de weerga eten koken voor de boys zelf en hun gasten, hopelijk met hulp, want het waren zeven gasten. Wiesje en ik zouden koken voor Frans en Cisca, voorzover Mart en Diana niet al bezig waren (Diana kennende). Opschieten met die ronde, want de aankondiging van conferences zou beslist veel volk naar de kroeg trekken. Iedereen (behalve Ab) naar buiten.

Aart en Yvonne kwamen net met alle kroost naar huis. Sheila rook de kans om dan toch eens (zie Kleding [sex]) die zolder te zien, en wilde mee. Maaike wilde dus ook mee. Vooruit dan maar, en Maaike op schoot. De naamloze hond keek vóór het instappen hoopvol naar Maaikes bijna lege zak spekkies. "Dan gaat ie kotsen!" waarschuwde Cisca. Instappen en wegwezen. Geert rook een etensgeur uit zijn eigen huis komen, en haastte zich naar binnen.

Wiesje en ik liepen naar de kroeg, vonden daar inderdaad Mart en Diana aan het helpen, en spraken af, dat wij nu gingen koken. Wij naar huis.

In de keuken vergaarden we alle bestanddelen voor een prutje. We keken elkaar aan: moest kunnen! Tellen later lagen we boven te neuken. Kwakje doorslikken, himalaya tegoedhouden, samen douchen, bloot naar de keuken. Rijst opzetten, groente snijden en op een laag vuurtje bakken. Zo, Wiesje achterover op twee keukenstoelen, en die himalaya eens voorelkaar lebberen. Ach, wat is ze toch lief, lekker en mooi!  Mart en Diana kwamen net op tijd binnen om het koken in goede banen te leiden (gas onder de rijst uit, groente op een kleiner pitje, uiteraard nog steeds laag). Daarna haastten zij zich naar boven.

Die houding van Wiesje was niet ideaal. We renden weer naar boven voor een uitgebreide beurt van de borsten, en inmiddels had ik weer een stijve. Mooi zo, rammen! Wij kunnen heel stil vrijen, maar nu even niet. Zo te horen kwamen we tegelijk klaar met Mart en Diana. We voelden het huis schokken, maar dat bleek veroorzaakt door het dichtvallen van de keukendeur achter Frans en Cisca.

Gevieren strompelden we bloot de trap af, na van die "lekker, hè!" blikken op de overloop. En wat heerlijk om Frans en Cisca niks te hoeven uitleggen. Uiteraard wilden die óók naar boven, maar dat moest maar wachten tot na het eten. Ze kleedden zich alvast uit, maar verkozen naast elkaar te zitten, met afzonderlijke borden. Ja, dat gaat waarschijnlijk sneller. Na een blik op de klok deden wij vieren dat ook maar.

Hap, slik. Wij vieren vast aankleden en naar de kroeg, plaats vrijhouden voor de herdertjes. We vonden het donkere hoekje nog helemaal vrij - met dank aan de stoelgang van Esther. (De jaffa's zijn onze vaste concullega's daar, en onder stamgasten worden onze aanspraken op die plaatsen erkend. Stevige stoelen worden juist daar neergezet.) Uiteindelijk zaten we er met ons achten op vier doorbuigende stoelen, met om te beginnen een eigen pot koffie.

De girls hielpen voor, en konden nu nog even op één stoel bij ons aanschuiven. We gokten met hen op onderwerpen die Bill wel in de conference zou verwerken, en zagen vanachter de toog een microfoonhengel tussen ons neerdalen. Janneke greep een papieren zakdoekje, en las er een denkbeeldige lijst van onderwerpen van op. Aansluitend gingen we er zogenaamd over kibbelen. Mart had een waardig klinkend commentaar in het Latijn, maar ik verstond de woorden "Est pericolosum se spurgere", en trachtte vergeefs mij de Italiaanse woorden te herinneren voor "Noodrem. Misbruik wordt bestraft." Kortom, wij lagen al in een deuk.

De boys kwamen met hun gasten binnen, vonden er onvoldoende zitplaatsen bijeen, en gingen met een "Dan niet!" gebaar naar ons buiten zitten, met redelijk zicht op het beeldscherm.

Muziek

Eigenlijk zien we van Our Country tweederde bijna nooit. Maar Peter, Ellen, Nol en Gwen zijn nu eenmaal nog sterker op elkaar gericht dan David en Esther. Moeten zij zelf weten!

Ze hadden de stemming er meteen in, en dat bleef zo. Binnen was geen ruimte, maar buiten ging men terstond aan de square dance, te beginnen bij een groep vrouwen in roze tuinbroeken: de nicht van Janneke (zie Eindelijk 1 [geloof, sex]) en vriendinnen. De boys en hun gasten voegden zich erbij, eerst als afzonderlijk vierkant. Het werd snel melig, maar bleef energiek.

Kwartier pauze met onwaarschijnlijke bar-omzet. Daarna was alle aandacht beschikbaar voor Bill, met wederom een hoofd- en een bijscherm. En ja hoor, daar verscheen ons groepje live op het bijscherm. De camera zoomde ongeremd in op Wiesje. Mis! Wiesje zat te laag (vergeleken bij de teddybeertjes van Koken [sex]), en lanceerde een nieuwe running gag: "Heb ik wat van je aan?" (Op zich geen onzinnige vraag, gezien de uniforme kleding en bedrukte T-shirts van de schootzitters!)

Er ging een luid gelach op, en de ongetwijfeld alomtegenwoordige wensdromen vervaagden. (Inzoomen op Wiesjes priemende tepels laat slechts kinderen en homosexuele mannen onverschillig.) Esther lokte de camera naar háár topje. Wiesje tetterde in een ongetwijfeld nabije microfoon: "Haal die camera maar weg, anders luistert niemand naar Bill."

Bill stak lachend een duim op, en begon aan het eerste deel van zijn conference. Hij was zo verstandig om onze te verwachten reacties in zijn optreden te verwerken, en hij kent zijn pappenheimers voldoende om te weten wat hij van wie kan verwachten.

Wat zijn wij schootzitters (met inbegrip van enkeling Ab en vaste gasten Mart en Diana) verder naar elkaar toe gegroeid in die acht maanden! In hoeverre was het uniform eigenlijk oorzaak en gevolg?

Het leek ons de eerste keer, dat ook de kinderen van Aart en Yvonne volop werden behandeld. Vooral Sheila's nukken en Maaikes "Wat doen jullie?", met die souvenirpop erbij. Sheila bleek trouwens inmiddels zowat in mijn rechteroor te ademen. Ze had Maaike op schoot, maar die knikkebolde door haar eigen kreet heen.

Sheila zelf was klaarwakker, en liet niet over zich lopen. Bill gaf een als laatdunkend uit te leggen aanduiding van haar vormen, en ze tetterde een niet zo vleiende beschrijving van zijn organen en dier vermogens door de zaal. Zij kreeg de lachers op haar hand, en Bill liet de muziek eerder hervatten dan hij wellicht van plan was geweest.

Wiesje gaf (uiteraard mede namens mij) een rondje aan de schootzitters, en breidde het luidruchtig uit naar Sheila en Maaike. Sheila toonde savoir vivre, en beliefde een brandewijn, Château Kees uiteraard. En die kreeg ze. Maaike wilde en kreeg een grote cola. Sheila mocht er kleine slokjes van hebben.

De avond kabbelde verder met muziek en conference. Gewóón gezellig, maar het hing in de lucht, dat het Heidefeest nu eens op maandag verder zou gaan. Bill stelde het met zoveel woorden vast.

De afdeling konijnenflat keek elkaar aan, en besloot tot een voortijdige aftocht. De jaffa's sloten zich erbij aan. Sheila keek Wiesje en mij even hoopvol aan, maar moest genoegen nemen met welterusten-knuffels. De girls waren nog druk aan het bedienen.

Acht mensen en een hond terug. We zagen weerlicht, maar hoorden geen gerommel. Jaffa's geknuffeld bij hun eigen huis, wij door naar het onze. We hadden trouwens sinds de komst van Frans en Cisca geen geldwolven of zo gezien. Wiesje en ik legden toch maar twee koekjes onder de struiken.

We waren nog niet helemáál aan slapen toe, en namen wat Grieks spul naar onze slaapkamer. Daar hebben we nog even bij minimaal licht nagepraat en naar Marts oudtijdse herdersverhalen geluisterd, terwijl we elkaar bloot streelden. Totdat de donder Mart overstemde. Toen vertrokken onze gasten naar hun kamers, ieder alléén met zijn of haar geliefde. De hond fiepte in de keuken.

Maandag

Opstaan

Wiesje en ik waren als eersten op. Zij had een volle blaas, en je weet inmiddels wel, hoe de gebeurtenissen elkaar dan opvolgen. Frans en Cisca volgden ons, Mart en Diana hèn. Het voelde als een niet-muzikale canon. We gingen dan weer wèl tegelijk naar beneden. De herdertjes hadden hun bagage alvast ingepakt: ze voelden zich al schuldig jegens hun kudde.

Daarentegen hadden Mart en Diana zin om nog een week te blijven. Deels om met ons bij te kleppen, deels om met anderen bij te kleppen (en te bridgen met Hans en Grada), en om samen wat te wandelen. Uiteraard bleven ze welkom!

(Ik heb het nog steeds niet goed beschreven, maar Mart is al het overgrote deel van mijn leven één van mijn beste vrienden, en ik heb al wèl aangegeven, hoezeer Wiesje althans van buiten op Diana lijkt. Sinds Wiesjes angsten verdwenen zijn, kunnen Diana en ik verder werken aan onze huidige verhouding van schoonmoeder en schoonzoon, veel ontspannener dan die tussen beste vriend en benijde vriendin van Mart.)

De tuin was drassig van de regen die het onweer gebracht had, maar de lucht inspireerde tot grote daden. De koekjes onder de struiken waren verdwenen, al voordat de naamloze hond naar buiten rende. Veemd eigenlijk, dat die geen verwanten leek te ruiken.

Goed geraden, we waren nu allen al aangekleed. We besloten, de tuinmeubelen uit de bijkeuken te halen. Diana kookte en bakte eieren (die zij altijd bij een buurman koopt, en meeneemt omdat wij bijna nooit eieren eten), Frans en Cisca smeerden brood voor de rest van de dag,

Mart staarde door de (aan de oostzijde nogal schamele) houtwal naar de heide, en bekende dat hij een zeiltje in een verhaal wilde verwerken. Gegniffel alom, want Frans en Cisca waren immers de grondleggers van de zeiltjesmanie, die Wiesje en ik overgenomen hadden, en deels (op steigers) naar Us Net gebracht.

Tegen achten sloten we het huis af, en wandelden we naar de kroeg. (De girls en de jaffa's zouden nog wel in bed bezig zijn.)

Uiteraard zaten Bill, Mina en Ab al aan de koffie. Wiesje en ik sloten aan (noodgedwongen op twee barkrukken, maar hand in hand), onze gasten gingen buiten zitten.

Mina had een papiertje vóór zich, een uitdraai van de eerder geopperde ideeën (open dit in een nieuw venster als je niet wilt schuiven), deels doorstreept of afgevinkt.

Egbert had van deelname afgezien: op zaterdag en maandag te druk, zondag rustdag. Henk was zaterdag even geweest, maar had het benauwd, en moest zijn zieke gastvrouw een beetje helpen.

Eigenlijk waren er vooral nummers overgebleven die buiten Us Net vielen: muziek van Kees, muziek met Ton en Saar, dier goochelen, behendigheid bij Sans Perail. En de hardloopwedstrijd, flinterdun koken, zandsculpturen.

Ik opperde, dat we misschien de zandsculpturen hier op het dorpsplein konden doen (beetje richting kerk of school), met intussen muziek van Kees van de camping (als die zo vroeg zou willen spelen), dan met wie wilde naar het station konden gaan, met wedstrijdelement voor wie dat wilde, daar mensen de gelegenheid geven om met die kraan te stoeien (als die snel op stoom kon zijn), met in de Speeltuin (waarvan de keuken er geschikt voor is) een wedstrijd poffertjes, flensjes en loempia's bakken (als er voldoende grondstoffen zouden kunnen zijn), en 's avonds afsluiten met muziek in het natuurvriendenhuis.

Wiesje viel me bij, Bill en Mina vonden gedeeltelijke verplaatsing het proberen waard, en Ab telefoneerde met zijn groothandel (waarheen Bob onderweg was). Hij wendde zich even tot ons: "Poffertjes bakken voor de kinderen, en loempia's naar eigen inzicht laten vullen en vouwen?" Wij allen vonden het prachtig. Ab bestelde groente, meel en zo bij. Bill belde Kees. Die had wel zin om aanstonds hier te spelen, en later bij Speeltuin of Ton, en had wat kampeerders met akoestische gitaren en bongo's die hij nu uit hun tenten ging trappen.

Mina belde de Speeltuin. Daar vonden ze het prachtig om in ons Heidefeest betrokken te worden, maar dan hadden ze óók wat extra dranken nodig. Mina gaf haar telefoon aan Ab. Die belde intussen op zijn eigen toestel de groothandel weer.

Ik wilde me óók nuttig maken, en belde het station (VoIP vanaf een tablet, want ze zitten op ons draadloze netwerk, de Speeltuin trouwens ook). Ik kreeg Hendrik Jan aan de lijn. Die was dolblij, dat Sans Perail niet vergeten was, en zelfs de Speeltuin niet, en zou metéén de stoomkraan onder stoom brengen.

Toevallig waren ze al een stoomlocomotiefje aan het opstoken, dus konden ze ook eenvoudige rangeeropdrachten aanbieden. Uiteraard moesten de kosten uit toegangs- en inschrijfgelden bestreden worden, en Ab wist daar al van. Ab was net uitgecommuniceerd. Ik gaf hem mijn tablet en headset om het nog even met Hendrik Jan door te nemen.

Inmiddels kwamen Aart en Yvonne mitsgaders kinderen en buurboys binnen. (De gasten van de boys zochten buiten een plekje.) Wiesje en ik wisselden een blik: aan Yvonne te zien was Aart weer druk bezig geweest om de vermeende tekortkomingen goed te maken. (Van Bill en Mina wisten we al, dat die zich meer tijd voor elkaar gunden, maar van Yvonne viel de glans meer op.) Dennis en Wouter haastten zich weg van ochtendknuffels, en gingen met spelcomputers buiten zitten. Maaike had weer eens een grote zak spekkies bij zich. De zusjes zetten zich aan het naaste tafeltje.

Sheila had Maaikes blote Barbie in handen, en probeerde die tot wellustige houdingen te bewegen. Maaike zag het wezenloos aan. Daarna greep Sheila een papieren servetje uit een dispenser op het tafeltje, en begon met wat vouwen en scheuren kledingstukken voor Barbie te maken. Ze deed het aandachtig, maar moeiteloos. Maaike was ademloos van bewondering, en duldde dat Sheila zich wat spekkies toeëigende.

Kees de Jonge en Toos kwamen binnen. Toos had haar gewone uitdrukking, in dit geval te vertalen met "Ik vraag toch óók niet, wat jij vannacht gedaan hebt!", maar Kees herinnerde minder dan ooit aan de blues. Wiesje en ik knepen elkaar in de hand bij die aanblik: we gùnnen hem zijn geluk zo. Het viel ons opeens op, dat je zo vroeg méér aan mensen kon aflezen dan later op de dag.

We keken elkaar aan, en Wiesje schreef in mijn hand: "HM", afkorting van "Honderd, maar...", een sinds "Zalig niksen 3" ingesleten afkorting van het percentage gelukkig zijn en het openstaan voor verdere sex. (Verdere sex betekent, dat Wiesje haar himalaya's en haar krachtvoer gehad heeft, en dat ik amper opgeladen zal zijn. Het komt dus neer op pogingen mijnerzijds om door Wiesje heen te stoten.)

Zo afgebeuld als ik eigenlijk was trok er even een waas voor mijn ogen langs. Even zag ik alleen Wiesje, en wilde ik ons de schaarse kleren van het lijf scheuren en me op haar storten. Het waas was dra voorbij, maar ik wankelde even op mijn kruk. Iedereen merkte het. Mina vroeg me: "Ben je niet lekker?" Wiesje antwoordde voor mij: "Hij is juist héél lekker!" Mina glimlachte, en keek mij aan. Toen wendde ze zich weer naar Wiesje, met die aloude vaststelling van Afra: "Je beult hem wel àf, hè!"

Wiesje zei niets, maar gaf mij zo'n kort likje over mijn neuspunt. Dat is buitenshuis gaan betekenen: "Kom je nu méé?" In mijn hoofd maande ene Plichtsgevoel, dat het vrijen moest wachten. Hij sprak ook tot Wiesje, ofwel was mijn lichaamstaal duidelijk. Het bleef bij een "Wij horen bij elkaar!" knuffel.

Zand

Na onze verbetering van de zandweg was er nog een paar kuub zand over, en een bergje schelpjes. Ab had beide achter zijn pand gestort op voor Wiesje te grote stukken zeil (van mij onbekende stof), en daarna de randen van die zeilen opgebonden en van boven afgedekt. Nu opende hij een nieuw zeil zand terzijde van het dorpsplein. Mina en Grada droegen gieters aan, die met een tuinslang gevuld zouden kunnen worden. Camera's erbij...

Inmiddels was Kees van de camping aangekomen, en hoe! Iemand bestuurde een grote platte vrachtwagen, een roestige jaren '60 Bedford met het stuur rechts. De achterbak (met lage randen) was gevuld met een geluidsinstallatie, een akoestische piano, wat gitaren (in koffers), wat bongo's, een contrabas, en de bespelers van dit alles, waaronder Kees zelf.

In overleg met Bill en Ab kwam de wagen voor de kerk te staan: goed te zien (en ongetwijfeld straks te horen), maar niet in de weg van bijvoorbeeld de containers en pallets die Bob aanstonds zou aanvoeren. Ab reikte een verlengsnoer aan, en de sound check kon beginnen. (Zou één snoer genoeg zijn? 230 Volt en een 20 Ampère zekering geeft 4600 Watt op die groep.)

Mina's roemruchte projectiescherm (waarop iedereen dit jaar de scores miste) moest terwille van de muziek een beetje verplaatst worden. Grada plaatste camera's, en weldra kon iedereen in beeld en geluid met alles meeleven. Hans tufte alvast met een bromfiets vol camera's en microfoons naar station, speeltuin en natuurvriendenhuis.

Wiesje en ik hielden ons gereed om handjes toe te steken, met het tafeltje van Frans en Cisca als uitvalsbasis. Diana had bedacht, dat zandsculpturen háár onderdeel zouden zijn, en ijsbeerde met Mart bij de berg zand, haar hoofd vol ontwerpen.

Jan kwam met Hector bij ons zitten. Ik was benieuwd naar die logeerpartijen bij de boys. Jan had wel zin om erover te praten.

Ach, het voornaamste was, dat ze daar onder gelijkgeaarden waren, dat je jezelf kon zijn. Alleen daardoor al was de sfeer leuk. En Geert en Herman waren natuurlijk ook nog eens gevat, en dan kwamen bij anderen ook verhalen of grappen boven. En je kon gewoon naar de koelkast lopen. Wel bier aanvullen uit de bijkeuken. En hij sliep met nog een enkeling in een tweepersoonsbed, en dat bleef niet bij slapen. Je kon ook in een andere kamer gaan buurten. Het was als het ware een warm bad van gezelligheid tussen die lange maanden zonder mensen tussen de schapen. Trouwens, een warm bad of zelfs maar een warme douche was ook al een genot.

Frans en Cisca konden het allemaal beamen, maar dan voor "gemengd dubbel" zonder overspel. Wiesje en ik voelden ons maar weer bevoorrecht: niet hoeven te werken (maar soms toch geld verdienen), warm baden wanneer we maar willen, alles wat we believen op korte termijn te bestellen bij Ab - en dan hadden we ook nog een tweede huis in Amsterdam en zonodig Mart en Diana als koeriers. Wiesje gaf meteen maar een rondje.

Mina riep alle zand-deelnemers naar hun schouwtoneel. Het bleken er twintig, waarvan zes tweetallen, dus veertien rugnummers. Aart begon veertien bergjes zand uit te rijden. Wiesje en ik zagen hem zonder hulp, en snelden toe.

Mina had vragen aan de deelnemers. Wilden ze gescheiden beoordelingen voor stellen en eenlingen? Nee. Ze bepaalde de beschikbare tijd op een uur. Wilden ze een thema of hun eigen keuzes? De stemmen staakten. Mina bepaalde dan maar zelf: thema. Daarbij wees ze op Diana, die ongetwijfeld een eerdere poging in herinnering had.

Mina riep drie onbekenden uit het publiek naar voren, en legden hen haar beoogde thema voor. Die stemden in. Mina verklaarde het thema vastgesteld op "verliefdheid": Ze verzocht de drie, niet te kijken naar wie wàt maakte. Ze keek naar het kruien. We waren bijna klaar. Mina gaf de deelnemers vijf minuten plaspauze. Kees' vrachtwagen-orkest begon aan een concert van rumba blues en andere stijlen uit de omgeving van New Orleans.

Wiesje en ik kruiden ons in het zweet, gaven Diana (en zowaar Mart) een aanmoedigingsknuffel, en nestelden ons weer op twee (van die lichte) terrasstoeltjes. Maar dan wel zo klef mogelijk. En ja, hoor! We zagen op het grote scherm op ons ingezoomd worden. Grada splitste het beeld: we zagen onszelf rechts, de zandhazen links. De zandhazen konden blijkbaar ons deel van het beeld zien, en sloegen allen aan het vormen van beelden van ons.

We namen een houding aan, die we lang zouden kunnen volhouden. Wàt: lang volhouden op gescheiden stoelen??? Wiesje stond op, en gebaarde "time-out" naar de camera. Ik verplaatste haar stoel zo, dat ik mijn voeten erop kon leggen. Zo ging ik onderuit zitten. Wiesje kwam behoedzaam op schoot, ook lekker onderuit, ongeveer zoals we in een bad zonder rugleuning zitten. De zwaarst belaste stoel kreunde en boog door, maar hield ons.

Wiesje trok de time-out in, en legde haar hoofd tegen mijn rechterschouder. We konden elkaar op de mond kussen, en uiteraard deden we dat. Ik had mijn rechterarm om Wiesje heen, mijn linkerhand op haar linkerdij, vingers onder haar rokje. Wiesje had haar linkerarm om mij heen, en liet haar rechterarm teder wisselen tussen mijn linkeroor en de bobbel in mijn korte broek.

Voor Diana en Mart was het een eitje. Mart leek vooral klankbord, en gaf soms een spateltje aan. Diana keek amper naar het beeldscherm, maar schiep een scherpe gelijkenis. Uiteraard!

Sheila en Maaike deden ook samen mee. Maaike voor de vorm, dus in dit geval bijna niet. Ze keek ademloos toe, hoe Sheila een liggende jongeman vormde, steunend op een elleboog, die gepijpt ging worden door zo te zien haarzelf. Beiden bloot, en nogal gedetailleerd. Sheila was opvallend teder de eikel aan het vormen, de camera (van die schermhelft) leek verstard, en toen... Toen kwam ergens vanuit het publiek op het plein een luide mannenstem: "Wat doen jullie?"

Sheila viel door haar kunstwerk heen, en vond de grap leuker dan de teloorgang van haar schepping. Het hele publiek bulderde. Maaike stond verbouwereerd rond te kijken, en leek volstrekt te missen, dat men om een nabootsing van háár uitspraak lachte.

Sheila hervond zich, vernielde haar kunstwerk tot verbazing van Maaike, en begon met drie kwartier voorbij aan een beeld van Wiesje en mij. Ze werkte als bezeten. Maaike stond verbaasd spekkies te eten, de Barbie bij de voeten in dezelfde hand als de zak snoep.

Dennis en Wouter deden ook samen mee. Ze vormden een ridder die knielde voor een prinses. De prinses werd nogal vaag gehouden, met een toeter-hoofddeksel dat door een achtergrond gestut moest worden, maar had iets van Sheila twee jaar geleden. De helm en het zwaard waren zeer gedetailleerd.

Aart en Yvonne beeldden zichzelf uit, beter gezegd: elkaar. De houdingen leken op die van genoemde ridder en prinses, maar ze beeldden elkaar af, bloot. Wiesje en ik keken het vertederd aan: we leven tegenwoordig erg met hen mee.

Maar Sheila stal de show. In dat ene kwartier bouwde ze een levensgroot beeld van mij op Wiesje, met Wiesjes benen mij naar binnen drukkend. Het scheelde nogal wat bijzonderheden, maar de uitdrukkingskracht was geweldig. De jury wist van niets, dus ook niet van Sheila's val, en beloonde haar evengoed met de eerste prijs. Aart en Yvonne haalden brons, Diana zilver.

Wiesje en ik poseerden bij alle kunstwerken in de betreffende houding, maar wel gekleed. Aart en Yvonne poseerden evenzo bij het hunne en dat van hun jongens.

Tijd om te verkassen. Wie wilden er hardlopen?

Noordwaarts

Ongeveer veertig mensen wilden hardlopen naar het station. Nog eens zestig wilden wandelen. Ongeveer dertig mensen bleven liever zitten, en een onbekend aantal onttrok zich in huizen aan gezamenlijke gebeurens. De muziek speelde voort, en het klonk lekker.

De hardlopers waren weldra weg. Wiesje en ik vergewisten ons ervan, dat niemand onze hulp nodig had, en sloten achter de wandelaars aan. Bij ons huis trok Wiesje me daarheen, en de trap op. Even een nummertje maken - en we vonden onze gasten alvast begonnen. "HM, hè?" gromde ik, en gaf Wiesje een snelle opwarming voordat ik toestiet. Ze kreeg precies wat ze wilde. We namen snel een douche, en waren vóór onze gasten weer onderweg. Ik droeg Wiesjes rugzak, berekend op vocht- en zoutverlies. Wiesje had er een handdoek en zeep bij gepropt.

Bij ons tuinhek ontmoetten we Sheila en Maaike als verre achterhoede. Maar Sheila wees met een knipoog achter zich. Ook Aart en Yvonne waren eerst even naar huis gewipt. Sheila glom nog steeds van terechte trots over haar prijs. Maaike begreep niet waarover het precies ging, maar was tevreden met het gezelschap en haar spekkies, en maakte dat we langzaam op de hoofdmacht inliepen.

Halverwege het station hoorden we gehijg achter ons. Aart en Yvonne hadden ons ingehaald, druipnat van het zweet. Op enkele honderden meters achter hen zagen we onze gasten snelwandelen. Wij gingen in Maaikes tempo verder, uiteindelijk met ons tienen en de hond. Die had belangstelling voor de spekkies, maar Cisca was beducht voor buikloop (gisteren: kotsen).

De eenheid in onze kleding viel Cisca op. Sheila vertelde ongeveer heel "Kleding". Maaike vertelde trots van de T-shirts met kunst van haarzelf, van Sheila, van Yvonne. Daarna begon Cisca over breien, en alras waren zij, Frans, Yvonne en Sheila levendig aan het praten over breien, wol en schapen. Aart wendde zich naar Wiesje en mij, en begon met een knipoog over boutjes en moertjes. Ik liet Wiesje dat gesprek voeren. Diana en Mart herkenden de verwijzing, en luisterden grijnzend toe. Maaike probeerde de hond uit te leggen, waarom die geen spekkies mocht.

Innmiddels was de hele meute bij het station beland. Dorst! Vanuit de Speeltuin werd de hele voorraad fris- en zuiveldrank aangevoerd. De hardlopers liepen met natte haren van het douchen rond. Sommigen droegen schone kleren, anderen hadden ook hun kleren onder de douche schoongespoeld, daarna uitgewrongen, en probeerden die in de inmiddels brandende zon op hun lichaam te drogen. Ik ging dankbaar met Wiesje onder de douche, na een kwartier in de rij staan. Zo snel hadden we nog nooit samen gedoucht, maar de rij na ons was lang.

We zagen nu eigenlijk voor het eerst de zes gasten van de boys. Op gezette Jan (en levensgenieters Geert en Herman zelf) na waren het mannen die zeer sportief oogden. Aart herkende er opeens één van de brandweer. Met tien en acht deden we een voorstelrondje, en meteen hadden we er vrienden bij. We haalden de girls en de jaffa's, die geen gasten hadden, en gevieren in de hoofdmacht gelopen hadden, er óók bij, en hadden aldus een gezellige kring van twintig volwassenen, twee kinderen (sorry, Sheila), en twee honden.

Innmiddels kwamen Bob en Marie ons achterop met Abs materieel en de extra voorraden. Ab zelf bemande zijn winkel.

Techniek

Voor zo beperkte mogelijkheden had Sans Perail het aardig bedacht. Net buiten de loods stond de stoomkraan. Je kon proberen om het ding überhaupt te laten werken, maar je kon ook aan twee wedstrijden spullen verplaatsen meedoen: behendigheid (vooral voorzichtig neerzetten) of snelheid (hoeveel van de spullen kon je in gegeven tijd van de ene naar de andere plek tillen). (Naschrift 2022: Die stoomkraan zal niet zó snel op stoom zijn gekomen. Blijkbaar was die de vorige dag op druk geweest.)

Voorts waren alle rijvaardige goederen- en personenwagens ingezet bij de stoomlocomotief. Ook die kon je überhaupt proberen (als stoker danwel machinist), en ook daar kon je je meten in behendigheid (hoe goed kon je wagons bij afstoten tegen elkaar zetten) of snelheid.(hoever kon je de wagons in een gegeven volgorde zetten binnen de gegeven tijd).

In beide gevallen betaalde je naar tijd. Bovendien was het kennismaken het goedkoopst, snelheid het duurst. En zeker voor niet-begunstigers tikte het flink aan: met tientallen euro's per vijf minuten.

Er waren dus veel meer toeschouwers dan deelnemers, maar de meesten liepen toch weldra door naar de speeltuin. Frans wilde wel eens op een stoomlocomotief rijden, desnoods meerijden. Cisca was wel benieuwd naar haar behendigheid met de kraan. Wiesje en ik keken elkaar aan, en betaalden voor elk tien minuten behendigheid. (Je hebt al vaker kunnen lezen, dat wij dingen voor hen betalen. Zij zitten echt krap, wij kunnen het missen.)

Ze gingen eerst samen op de bok (van de locomotief dus), met Hendrik Jan als instructeur en stoker en Frans als machinist. Wiesje hield de hond vast, Diana filmde het geheel. Frans maakte beslist geen kans op het prijsje, maar zo te zien wist hij wel goed wat hij deed, en leerde hij snel. Zijn blijdschap na zijn beurt was hartverwarmend.

Daarna gingen ze, weer met Hendrik Jan, de kraan in. dat wil zeggen, Frans moest zich buiten vastklampen. We hadden Cisca nooit in verband gebracht met techniek, maar ze oogstte applaus met haar behoedzaamheid. Ook zij kwam zo glunder de kraan uit. Vierpersoons knuffel - en blijkens Diana's film had ook die mensen ontroerd.

Er was een algemene verwachting, dat ook ik iets zou willen bedienen. Ook Wiesje deelde die. Ik voelde me snel opgelaten worden: er vormde zich een kring om ons heen, en Wiesje leek zelfs aan te dringen. Ik dacht slim te zijn, en fluisterde "Na jou!" Mis! Wiesje bestelde luid en duidelijk een kwartier rangeren op snelheid. Daarop paste geen andere keus van mij dan dezelfde. Zoveel geld hadden we op zich niet bij ons, maar we hadden net voor de herdertjes ook al betaald met een soort overschrijving bij Ab. Hendrik Jan glom, want een half uur snel-rangeren was zelfs voor begunstigers een aardig bedrag.

Wij met ons drieën op de bok, Diana weer aan het filmen. Ik nam het kolen scheppen en het waterpeil bewaken op me, op aanwijzingen van Hendrik Jan. Wiesje liet zich stoom-afsluiter, regulateur en remmen uitleggen. Louis wierp zich op als rangeerder, maar ook als bedenker van de rangeeropdracht.

Wiesje had echt zin om uitbundig te doen. Ze draaide zichzelf een slag in het rond aan de regulateur, en bediende de stoom-afsluiter en de rem binair: alles of niets. Het ging ruig, maar het ging wel beredeneerd. Na haar kwartier wankelde ik bijna de voetplaat af. Wiesje keek me hooghartig aan: "Nou jij!" Buiten klonk applaus, maar het stierf snel in verwachting weg.

Wiesje liet zich kolen en water uitleggen. Ik probeerde me geestelijk voor te bereiden op massa's van de wagons, remwegen en zo. Louis reikte me de nieuwe rangeeropdracht aan (omdat de wagons nu immers anders stonden). En daar ging ik!

Ik wilde beheerst werken, dus ik gaf zelden vol stoom, en remde minder krachtig. Ik haalde dezelfde (bemoedigende) score als Wiesje, maar (naar Hendrik Jan ons zei) tegen beduidend lager verbruik. Wiesje stak haar tong naar hem uit.

Er vormde zich een kring om de locomotief. Ik daalde aan de meesterskant (stuurboord) het laddertje af, en ving er uiteraard Wiesje (vanaf de onderste trede) in mijn armen. Applaus. We gaven elkaar een demonstratieve (dus veel te korte) tongzoen, bogen links-midden-rechts naar het publiek, en betrokken eerst Hendrik Jan, vervolgens ook Louis in de hulde.

De tijd drong, de stoom was duur, dus even later was het station weer geheel aan Sans Perail. De winnaars in de tweemaal twee categorieën moesten nog bepaald worden.

De overige meute begaf zich naar de Speeltuin. Wiesje en Cisca vertelden luide over hun technische ervaring en inzicht. Frans en ik konden amper met hen omarmd lopen, krom als we liepen van het lachen. Diana bleek ook dit te hebben gefilmd.

Bakken

In de Speeltuin hervonden we onze hoofdmacht, die niet lang bij Sans Perail verwijld had. Er werd volop gebakken, zowel door de vrouwen van Sans Perail als door deelnemers aan bakwedstrijden, en de lucht was bezwangerd met poedersuiker.

Hier was de opzet: voor deelname aan een wedstrijd kocht je een hoeveelheid bestanddelen (en het recht op bijbehorend gebruik van kookgelegenheid), en wat je ervan bakte en nadien mee deed was jouw zaak. En als je niets inleverde, dan deed je niet mee aan een wedstrijd. Daarnaast kon je uiteraard van de kaart bestellen. Met het oog op de ontoereikende koelruimte was vandaag alles vegetarisch. Mooi zo!

Aart en Maaike bakten poffertjes, Yvonne en Sheila loempia's. Verder was blijkbaar iedereen uitgekookt. Diana vond met moeite een tafeltje voor ons zessen (van de konijnenflat). Alle stevige stoelen waren bezet, dus hadden we zes van die lichte nodig. Mart wisselde een blik met Diana, vroeg wat we wilden drinken en of we trek hadden in poffertjes en loempia's, en navigeerde naar onze bakkende vrienden, daarna naar een kassa.

Ik zag Mart van bij die kassa wenken, en ging erheen. Ja, dat leek me wel leuk: een grote kan vers vlierbessensap. Ik droeg de kan, hij de (nu dan toch maar) zes glazen. Frans ging een bak water regelen voor de hond.

Aart wenkte van bij de kookplaten. Wiesje ging erheen, en kwam terug met een stapel poffertjes op een plat bord. Ik haastte me naar bordjes en bestek. Even later kwamen Aart en Maaike met nog zo'n stapel en met hun eigen couverts bij ons. Het was even zoeken naar stoelen, en vervolgens naar plaats ervoor, maar het lukte. We zeiden oprecht, dat we de poffertjes heerlijk vonden. Lekkerder dan spekkies.

Oei! Waar waren de zak met spekkies en de blote Barbie? Maaike bibberend aan Aarts hand op zoek. Sheila had de spullen verlaten gevonden, en binnen haar eigen blikveld neergelegd. Maaike kwam terug met haar kostelijkheden, Aart droeg een bord met onze eerste vier grote loempia's. Later kwamen Yvonne en Sheila met de rest. Twee mensen aan een naast tafeltje stelden hun stoelen ter beschikking, en vertrokken.

Het was gezellig, het was lekker. Yvonne bestelde nog een kan vlierbessensap.

Cisca werd onrustig, want de zon verdween achter de (hoge) bomen. Wiesje wees haar waar Herman zat, en ook Jan. Cisca erheen.

Goed dat Cisca ging, want de terugweg was op de achtergrond geraakt. Jan had zich voorgesteld om na een kort bezoek aan het natuurvriendenhuis naar zijn huis te lopen, maar hij had zijn rugzak nog bij de boys thuis liggen. En Herman was komen hardlopen.

Ik zag, dat niet alles volgens plan verliep, en ging me ermee bemoeien. Was Bob wellicht nog bij het station? Ik liep naar het kantoortje van de Speeltuin, en belde van daar. Zowaar, Bob was geboeid door de stoom blijven plakken, en Marie dus ook. Ik legde Bob het probleem van de lammetjesronde uit. Al doende besefte ik, dat wij misschien onze muziekinstrumenten van onze kroeg naar het natuurvriendenhuis moesten brengen (en terug). Dus dat (minstens) Herman waarschijnlijk weldra een slinger naar Us Net kon gebruiken. Bob en ik spraken af, dat wie met hem mee wilde over een kwartier bij het station zou zijn.

Terug naar het tafeltje met de boys en Cisca. Ik belde Ton. Nou, daar rekenden ze op publiek voor hun goochelnummer en op ons voor de muziek. Hoe eerder, hoe beter. Dat gaf duidelijkheid.

Herman en de herdertjes zouden met Bob en Marie (op de aanhangwagen van Abs trekker) meerijden naar Us Net. Daar zou Herman zijn auto nemen om de herdertjes "om de zuid" naar huis te brengen. Daarna zou hij terugkomen, Jans rugzak oppikken, onze muziekspullen inladen, hier bij de Speeltuin Jan zelf ophalen (en voor wie er nog plaats zou zijn), bij het natuurvriendenhuis alles lossen behalve Jan, rugzak en Hector, dan "om de noord" Jan thuisbrengen, en weer terugkomen voor de muziek.

Nu werd tevens duidelijk, dat een grote groep uit Us Net 's nachts van het natuurvriendenhuis naar huis zou willen. Maar ik was op dreef, en herinnerde me de bus van Sans Perail. Herman besefte, geholpen door zijn vrienden, nog iets anders: dat de meeste van onze gasten al ietwat overrompeld waren door de duur van het Heidefeest, en waarschijnlijk al tegen het eind van de avond met hun eigen vervoer naar hun eigen woonsteden zouden willen vertrekken.

Geert had aan een half woord van ons overleg genoeg, en had een draadloze microfoon bemachtigd. Hij vertelde van het natuurvriendenhuis als volgende progammapunt, en dat wie vandaar naar elders wilde rijden (alleen de bestuurders) nu onmiddellijk naar het station moest gaan voor een lift naar Us Net.

Cisca had intussen Frans de plannen uitgelegd. Samen met de hond namen ze afscheid van inmiddels aardig wat vrienden. Maar Wiesje en ik gingen met hen en Herman mee. We liepen naar het station, klommen bij Marie op Abs aanhangwagen, en werden door Bob op Abs trekker naar Ab gereden. Ver achter ons kwam (naar later bleek) Louis met de bus vol automobilisten.

Abs winkel was dicht. Waarschijnlijk was hij bij de gezelligheid van de muziek van Kees van de camping. Bob en Marie liepen alvast richting kroeg. Herman parkeerde zijn auto uit, en haalde voordat hij het vergat Jans rugzak uit zijn huis. Wiesje en ik namen afscheid van Frans, Cisca en hun hond. Herman keek ons aan: over een half uur in de kroeg, om onze muziekspullen achterop zijn pick-up te laden.

Een half uur... Wiesje en ik snelwandelden naar huis, deden een vluggerdje, namen een stortbad, en trokken schone T-shirts aan: ik een Yvonne, Wiesje een Sheila. We propten wat spullen in de grote rugzak (voor het geval dat we ginds zouden overnachten), en beenden naar de kroeg.

Het dorpsplein bevatte tientallen mensen die Kees' muziek hier verkozen boven stoom en bakwerk elders. Dennis en Wouter zaten er met hun spelcomputers. Kees de Jonge zat er met Toos en Teun. Waar was de andere helft van HZH eigenlijk? Even bellen.

David en Esther waren thuis, zoals verwacht. Voor hen is meedoen aan een Heidefeest eigenlijk een brug te ver. Over tien minuten zouden ze bij twee keer toeteren hun huis uit komen.

Afra en Janneke hielpen in de kroeg, ter afwisseling van Bill en Mina. Die kwamen met natte haren uit hun privé-vertrekken. De girls wilden inderdaad wel met HZH optreden. Bill en Mina wilden ook wel eens elders zijn, en maakten bekend dat de kroeg nu voor vandaag ging sluiten. Kees van de camping en zijn mensen maakten zich ijlings gereed om mee te rijden. Wie niet in een auto meereed, die kon met Louis in de bus mee, minstens tot de Speeltuin. Terugreis nader te bezien.

Even later was Us Net ogenschijnlijk verlaten. Wij reden met Herman voorop, David en Esther achterop bij de spullen. Aan onze bumper kleefde de Bedford: ook non-stop naar Ton en Saar. Dan Louis. Dan een verbrokkeld peloton van auto's van gasten, bestuurd door degenen die Louis met de bus hierheen had gereden. Tenslotte Ab met zijn trekker, Bill en Mina op de aanhangwagen. Bob en Marie waren naar huis gevaren, want morgen moest Bob weer vroeg voor ons varen.

Samenzang

Weldra stonden we in het natuurvriendenhuis op te bouwen. Alleen HZH, want de Bedford-band van Kees was gaande de rit gaan voelen, dat ze al uren gespeeld hadden. Maar de Bedford stond naast Hermans pick-up pal achter de terrasdeuren.

Kees de Jonge was er ook, met Toos en zelfs Teun. Ze zagen de zaal al grotendeels gevuld met verwachtingsvol publiek, haalden hun eigen akoestische gitaren tevoorschijn, en begonnen aan een voor hun doen snelle en swingende blues. Zodra wij voldoende apparatuur opgesteld hadden voorzag ik hen van microfoons. Kees van de camping kon het niet weerstaan, en glipte naar de piano van het huis. Hij rolde die naar de gitaristen, trok de pianokruk bij, en begon te ondersteunen. Één van de Bedford-boys trok een mondharmonica, een ander glipte naar de auto om bongo's.

Het werd een prachtig setje blues. Wij (HZH) zaten aan de andere kant van onze eigen opstelling te genieten, vier stel schootzitters op een bovenmaatse pluche bank. Saar bracht ons een kan koffie op een bijzettafeltje, en zette er knipogend vier mokken bij. Even later bracht iemand een schaal speculaasjes. Onbedoeld maakten we er een schootzittersshow van: vier mokhouders en vier koekhouders, om beurten elkaar en zichzelf bedienend, en dat redelijk gelijktijdig. Diana heeft het mooi vastgelegd.

Ton en Saar waren onder het blues-duet begonnen aan hun goochelnummer, maar het kreeg niet de aandacht die het verdiende. Vandaar dat Saar ons die koffie kon brengen.

Maar om een uur of negen begon dan toch het optreden van HZH, weer volgens het recept van Schnabbel: liedjes uit hun trekkersbundel begeleiden, dan er instrumentaal op improviseren. Dat ging weer geweldig. Maar nu hadden we een nieuwe troef: volksdansen (zij het voornamelijk Israëlisch) met David en Esther. Maar die dansen hadden hier een vrij grote bekendheid.

De Bedford-boys waren weer tuk op meedoen. Onder aanvoering van Geert gingen we over op Caraïbisch repertoire - dus bleef geen trommel of gitaar onbenut. En wie niet meedanste, die was echt kapot.

We haalden Kees van de camping er weer bij voor allerlei New Orleans werk. De set verschoof stiekem naar rock & roll. We lieten Dennis Janneke aflossen op slagwerk, en gaven Aart mijn gitaar in handen. De geest van Chuck Berry werd vaardig. Mina had haar viool bij zich, en gaf een leuke Electric Light Orchestra draai aan "Roll over Beethoven". Daarna doofde de set geleidelijk naar blues van uiteindelijk Kees de Jonge en Teun, terwijl de rest vast ging inpakken. Om drie uur stopten we helemaal.

Het was een onvergetelijke avond geweest. Jammer van het goochelen, maar muzikaal was het een hoogtepunt. Wiesje en Esther hadden zich weer helemaal uitgeleefd, deels beconcurreerd door Afra en Janneke.

Het publiek taaide snel af: binnen het huis, naar de camping aan de overkant, naar het slaaprijtuig van Sans Perail, naar de camping van Kees, naar Us Net, en zoals gepland naar elders in het land.

Wij muzikanten babbelden nog even na onder een mok pepermuntthee, bij gebrek aan alcoholica in het natuurvriendenhuis.

Om vijf uur waren Mart, Diana, Wiesje en ik weer bij de konijnenflat. We bespeurden weer leven onder de struiken, en plengden het koekjes. We namen nog een afzakkertje Grieks in de huiskamer, en gingen om half zes plat. Wiesje en ik moesten elkaar nog lang duidelijk maken, hoe gelukkig we met elkaar waren.

Naspel

In de loop van dinsdag druppelde eerst iedereen bij Ab binnen voor de boodschappen, sloeg daar aan het napraten, bracht toch maar eerst de spullen naar huis, en kwam dan naar de kroeg voor de spontane algemene nababbel. Ook Ton, Kees en Louis verschenen. Wiesje en ik hadden Mart en Diana mee, die immers met hun hart hier wonen. Mina draaide allerlei beeldmateriaal, het geluid heel zacht.

Iedereen was zeer tevreden met het gebodene, de aandacht en het geld. (Ik leef nu eenmaal altijd erg mee met geldzaken, en het ging hier om groot geld voor een zo kleine gemeenschap.) Zelfs Wiesje en ik waren er beter van geworden, ondanks het stoomverbruik van de herdertjes en onszelf. Onze zaterdag in Abs winkel had hem (en anderen) zo veel opgeleverd, dat hij ons volgens zijn eigen (vaste maar geheime) verdeelsleutel een aardig bedrag verschuldigd was. Hij bedankte ons in het openbaar. Ik schoof de volle eer naar Wiesje. Die gaf een deel van de eer aan Yvonne en dochters. Sheila bedankte de boys voor het gebruik van hun printers, vroeg fluisterend aan Ab wat een passende beloning zou zijn, en rondde het bedrag naar boven af. Ze had Maaike blijkbaar op iets dergelijks voorbereid, en die stemde hoorbaar met het voorstel in. De boys herinnerden zich de dankzij Wiesje verkochte schilderijen. En zo ging het maar door, steeds meer in steeds kleinere onderonsjes. Isabel liep naar de piano.

Ook de rest van de logeerpartij van Mart en Diana was reuze gezellig. Zoals het bezoekje aan het zeiltje waar onze gekte ontstaan was, zie Zeil 2 [geloof, sex].

De opgeknapte Digitale Zandweg had zich bewezen!

Naar inhoudsopgave. Naar volgend verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).