Laatste wijziging: 2022-06-18 (technisch), 2011-10-18 (inhoudelijk). Naar inhoudsopgave. Naar vorig verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).

Wiesje: "Kwartet"

[geloof, sex]

Bespiegeling - Controle - Nieuwjaarsdag - Séance - Muziek - Verjaardag (Larie) - Verlossing

Bespiegeling

Eerst even iets over mezelf en sex. Prop ik hier maar even bij. Die kop "bespiegeling" is een knipoog naar Larie.

Mijn ouders zijn altijd heel lief voor me geweest, maar ze hadden weinig tijd voor me. Ik was ook nog eens enig kind. Gewenst, maar niet gepland. Ik groeide op in kraakpanden met verschillende bewoners. Ik ging dus buurten bij die anderen. Dat waren vaak alleenstaande mannen, vaak kunstenaars zoals mijn ouders. Die mannen wisten wel, hoe ze een jong meisje in bed moesten krijgen. Ik ben al heel jong van man tot man gaan zwerven, op zoek naar een man die lief voor me was en bij me bleef. Ik begrijp dus heel goed, hoe Sheila zoekt. Ik ben blij dat ik Larie gevonden heb, en met háár kan ik hem een beetje delen.

Nu ik dit teruglees, vind ik mezelf een beetje onrechtvaardig jegens veel van die mannen, ook in eerdere verhalen. Het was geen kunst om mij in bed te krijgen: ik had de smaak gauw te pakken. En wat kon ik hen méér bieden dan mijn meisjeslichaam.

Oh ja. In Bloot 5 [sex] schreef ik, dat ik van mijn derde vriendje een kind van Sheila's leeftijd had kunnen hebben. Dat was bij wijze van spreken, want mijn derde bedgenoot had ik veel eerder!

Ergens is het goed voor me om bij Larie te zijn, ergens misschien ook niet. Ik heb pas laat ontdekt wie ik ben, nooit geweten wat ik met mijn studie zou gaan doen, ik heb geen punt aan de horizon of zo. Met Larie hoeft dat ook niet. Hij heeft wel altijd grootse plannen gehad, maar er kwam steeds niets van, en nú wil hij toch vooral van mij genieten. Mij best, want ik wil juist van hèm genieten. Soms heb ik een ideetje, en dan doet hij zo heerlijk méé. Maar misschien kom ik over als een luie muts, en ergens klopt dat dus wel.

Het komt voor, eens in de maand of zo, dat het bij de buren op sex uitdraait. Afra geilt nog steeds op mij, en Janneke was wel benieuwd naar het beffen van Larie, dus zo begon het. Met ons vieren in hun bed. Is voor een keertje wel geinig. De beperking is altijd, dat ik Laries kwakje krijg.

Dat is eigenlijk een loze kreet, want hij hééft dan helemaal geen kwakkie. Hij vindt zelf een stijve niet prettig (behalve om te neuken), dus ik houd hem met alle plezier leeg. Bovendien hebben de girls geen belangstelling voor zijn zaakje. Geeft niet: zij helpen hem op te winden, en ik pluk de vruchten.

We hebben dat ochtend- en dat avondritueel. Die hebben we aangepast, ingekort. Nu begin ik met hem te pijpen. Niet voor zijn genot, want daarvoor is hij 's ochtends nog te slaperig, maar voor het snelle kwakkie. (Dankzij ruim oefenen met Larie kan ik vrij nauwkeurig regelen, hoe lang het duurt tot hij klaarkomt.) 's Avonds slaan we dat meestal over, omdat ik hem dan kort daarvoor al leeggemaakt heb, maar doen we de biecht. Dan mag hij aan de bak om mij te verwennen in wat we nog steeds zijn oplaadtijd noemen. Daarin is hij onovertroffen, maar timen kan hij het niet. Uiteindelijk krijg ik hem wel weer stijf, en dan mag hij sur place. Neuken is lekker, maar dat mond- en handwerk vind ik gewoon nòg lekkerder. Om te doen en om te ondergaan.

Soms moet ik ook de boys weer even uit de sleur halen. Of ze willen wel, maar kan vooral Geert niet. Ik krijg iedere pik altijd omhoog. Kwestie van ervaring met veel mannen en van veel oefenen met Larie. Maar goed, dan help ik hen, en dan moet Larie maar even koffie inschenken of zo. Eigenlijk vinden ze het nog steeds eng om door een vrouw bediend te worden - ook al gebruik ik alleen mijn mond en handen.

Het volgende hoofdstuk heb ik een jaar geleden geschreven, maar het paste nergens. Hier dan maar. Het geldt nog steeds!

Controle

Larie en ik waren weer eens weggedoezeld bij een recordpoging tongzoenen in de hangmat voor de open haard. Opeens riep hij "Controle!", en begon aan wat is uitgegroeid tot onderstaand nummer. Uiteraard heb ik meteen al mijn eigen versie van Controle ontwikkeld.

Larie roept dus opeens "Controle!". Dan begint hij indringend met vragen die mijn identiteit moeten bewijzen. Eerst waren dat formele vragen (naam, geboortedatum), maar er kwamen ook vragen bij over wat we onlangs meegemaakt hadden. Steeds gekkere vragen, steeds gekkere antwoorden, steeds gekkere vervolgvragen. Kortom, we improviseren hele conferences als lie-down comedians.

Vervolgens gaat hij op zoek naar smokkelwaar. Tussen mijn haarwortels, tussen mijn tenen, waar dan ook. Maar omdat hij ook steeds wil vaststellen dat ik een vrouwtje ben, eindigt het altijd met die drie vaste punten. En aldoor dat barse commentaar, bijvoorbeeld dat deze tepel vorige keer 0,2 millimeter lager was.

Je begrijpt, waar zijn zoektocht altijd eindigt. Die plek is natuurlijk het meest verdacht, dus daar zoekt hij heerlijk grondig. Soms zie ik kans om er een olijf of zo in te stoppen. Die neemt hij dan triomfantelijk in beslag, en laat mij de helft ervan uit zijn mond lebberen. Daarna zoekt hij des te krachtiger en dieper. Ik heb hem al eens gevraagd om een foto van mijn eierstokken.

Controle is een mooi voorbeeld van een ideetje van hem waarin ik meespeel. Nou ja, soms controleer ik dus. Net wie het eerste aanvoelt, dat het tijd is voor iets onverwachts.

Uiteraard heb ik een tegenhanger bedacht. Dan zoek ik iets (van fietssleuteltje tot pompoen) of iemand (van Luie Smurf tot Toos) op Laries lijf. Dan vind ik het dan maar verdacht, dat zijn tepels zo teruggetrokken liggen. En dat er best iets verstopt zou kunnen zijn onder zijn voorhuid: even kijken - niets - heb ik wel goed gekeken? - niets - heb ik echt goed gekeken? Uiteindelijk spuit het bewijs wel tegen mijn verhemelte. Jammie!

Wat is dit een onvoorstelbaar leuke aanvulling van ons sexrepertoire! Dit kunnen wij ook alleen maar met elkaar doen. Dit geeft nog meer zekerheid, dat wij bij elkaar horen. Onze sexvrienden (schootzitters en herdertjes) proberen het óók met elkaar, maar zo te horen lukt het hen minder dan ons. Larie is de beste, en die is van mij!!!

En dan nu het eigenlijke verhaal. Wat wilde ik ook weer vertellen? Oh ja, het vervolg op Laries Winter 2 [geloof]. We waren op Nieuwjaarsdag pas bij daglicht gaan slapen.

Nieuwjaarsdag

Pas halverwege de middag van Nieuwjaarsdag werden we wakker. We waren Tripel Kees gaan drinken. Lekker bier, maar wel zwaar. Hihi, zelfs Larie kan er niet meer zo goed tegen als vroeger, zegt hij.

Goed zo: wel een knuffel, niet hard praten. Is de blaas onder de bierbuik ook vol? Zullen we dan maar? Lucht op, hè? Dan nu gauw weer naar bed voor de vrije figuren. Snuf? Oh, eieren. Komt Diana straks weer vragen of we ook ei lusten. Wat een moeder heb ik ook: kijk, dat je als je 's middags wakker wordt een ochtendritueel doet, dat is logisch, maar dat je halverwege de middag gaat ontbijten, vlak voor het avondeten, dat is wel een beetje maf. Nou ja, misschien is het wel handig om ons bij dat warme eten niet lastig te vallen met eieren. Hup Larie, op je rug! Eerst jij leeg, en dan moet jij je hele oplaadtijd aan de bak. Daarna mag jij boven. Zó doen we dat tegenwoordig. (Zie hiervóór.)

De eierlucht was bijna verdwenen, toen Larie en ik beneden kwamen. Diana en Mart zaten in de huiskamer op de tweezits een cryptogram in te vullen. Hmm...zou wel een stunt zijn, als het er een was van Nora en Larie. Zijn die eigenlijk verkocht, of gaat Ab ze uitgeven?

"Goeiemorgen!" - "Ook goedenmiddag!" - "Oh, even onze tijdzone goedzetten. - Nee, Larie droomt dat ie wakker is. En hij wilde net met de traplift naar beneden. Wat een ouwe bok heb ik toch! En ik wilde nog wel een stukje gaan uitwaaien!"

Larie plofte neer op de driezits, steunde zijn hoofd op een arm, zodanig dat hij tegen een oog drukte, en mompelde met gesloten ogen goedemiddag. Zouthoofdpijn, zoals hij dat noemt, is een pijn die langzaam achter één oog langs zakt, zich in de nek tot kramp ontpopt, en heel vermoeiend is. Duurt ongeveer twaalf uur. Ik zette voor ons koffie, en maakte voor Larie een mok erwtensoep. Dat schijnt te helpen, althans niet te verslechteren. Ik ging naast Larie zitten, en probeerde zijn nek te masseren. Hij streelde me flauwtjes over mijn dijen.

Diana keek spottend op: "Doet ie het nog? Of heb jij hem weer eens afgebeuld?" Ik keek haar aan: "Met jouw zuigvermogen had je Miele kunnen heten!" We zaten allevier bloot, Mart krabde onbewust zijn zak, en Larie zei met zijn ogen dicht: "Bij stofzuigen raakt de zak juist vol." Diana en Mart staarden naar zijn gesloten ogen. Larie teemde: "Zouden zó de droogkloten ontstaan zijn?" Mart beantwoordde hem mijn ongestelde (hihi) vraag: "Ik ben toch wel benieuwd naar jouw cryptogrammen..." Larie mompelde: "Ik denk, dat Nora mijn omschrijvingen bij haar woorden te moeilijk vindt."

Er viel een stilte: wat nu? Het was vijf uur. Larie en ik hadden nog niets gegeten sinds samen een komkommer bij het naar bed gaan, Diana en Mart hadden brood met ei gegeten. Ik wilde uitwaaien, maar Larie leek slapjes. Wat wilden zij? Ah, zij zaten lekker te puzzelen. Larie wilde wel mee uitwaaien. Hij had nog geen honger. Ik nam zelf ook maar een mok erwtensoep. Wij beiden kleedden ons aan. Wat voor weer was het eigenlijk? Oh, zo'n krachtige zuidenwind met regenbuien en tien graden. Rokje en maillot dan maar, en allebei kaplaarzen en jack. Tot zo!

Tegen de wind in, dan maar, dus Us Net door, in de avondschemer. Blijkbaar zat verder iederéén met bed-lag thuis. Chot balkte ons aan. Oeps, geen klontjes. Maar een aai over zijn snuit was óók goed.

Larie was ècht duf: hoofdpijn, afgebeuld? Opeens voelde ik me vijfentwintig jaar verder: Larie als broze oude man, ik zo oud als mijn moeder nu, in of na de overgang. Het maakte me verdrietig. Larie voelde het, stopte, en gaf me een knuffel, compleet met knok-tik-zon op mijn billen. Hoera! We gingen staan knuffelen tegen het boompje vanwaar we laatst de séance van de goten bespied hadden. Het toekomstbeeld verdween weer. De knuffel was lang en hevig, alsof het onze eerste was - maar dat hebben we vaak...

Mijn mobieltje ging: Diana vroeg of we straks warm wilden eten: spinazie. Is goed, voor ons geen ei. We liepen langzaam terug, ondanks de wind in de rug.

Bij de kroeg keken we even om de deur. Geen gasten. Mina en Bill zaten aan de toog spaghetti te eten, Google kwam ons kwispelend tegemoet. Ik zei dat wij nu ook gingen eten, en dat we misschien nog weer kwamen.

Het wandelingetje had Larie blijkbaar goedgedaan: hij trok in de keuken met kracht al zijn kleren uit. Het eten was klaar, maar ik hielp hem snel van zijn stijve af. Diana keek verbijsterd: "Ik zou het niet zo snel kunnen, en je vader zou het niet waarderen." Larie viel me bij: "Wiesje weet, dat ik een stijve niet prettig vind, behalve om te neuken. Maar dan krijgt ze 'm ook altijd meteen weer stijf. Klaarkomen helpt trouwens tegen de hoofdpijn." Diana glimlachte: "Dàt weet ik!" We gingen aan tafel.

Tegen negen uur waren wij vieren in de kroeg. Inmiddels waren er een stuk of tien anderen. Grada en Hans paaiden meteen Diana en Mart, bestelden twee flessen wijn, en trokken een pak speelkaarten tevoorschijn. Larie en ik bridgen óók wel eens met hen, maar ik heb het vuur er niet voor.

Hé, de rest van Our Country was er (afgezien van Mina en Bill)! Die zie je zelden in de kroeg, en dan meestal op het podium. Ze noodden ons aan hun tafeltje.

Om je het zoeken te besparen en wat toe te voegen: Ellen (mandoline) en Peter (plukbas) zijn iets ouder dan Larie, hun zoon Nol (dobro) en diens vrouw Gwen (gitaar) zijn iets ouder dan ik. Ze wonen in twee huizen naast elkaar, met een dichte haag om beide heen. We hadden eerder geschreven dat ze helemaal voor de muziek leven (zie Schoonmaak [sex]), maar dat blijkt de vorm. De inhoud is hun geloof, zo'n blank-Amerikaanse vorm van christendom. Ze doen ook Amerikaans, al is Gwen Welsh en de rest Gronings of zo. Van onze vriend Herman (hair man), homofiele Amerikaanse neger, moeten ze niet zoveel hebben.

Maar goed. We gingen bij hen zitten, op de twee stoelen die ze ons aanboden. Nou ja, ik kan tenslotte ook met mijn eigen billen op een stoel zitten. Of wij ook bier wilden? Zij zijn nietkezen, en terwille van hen voeren Mina en Bill flesjes Budweiser bier. Ach ja, waarom ook niet... Als ik bier drink, drink ik langzaam, en dan hoef ik minder vaak te plassen.

Peter begon een babbeltje over de afgelopen nacht (is dat nou Oudejaarsnacht of Nieuwjaarsnacht?): hoe gezellig die geweest was (zie "Winter 2"). De muziek dan, want hij vermeed Bills conference. Daarna vroeg hij Larie naar de werking van de wind controller. Bij Laries antwoord moest ik weer denken aan Cameraploeg, dat ik onlangs heb herschreven tot Cameraploeg opnieuw. Het viel me mee, dat hij Nederlands bleef praten. (Sorry lief, maar soms krijg ik kromme tenen van je.)

Daarna stelde Ellen voor, om samen een setje te spelen, met de wind controller als viool. Op die fiets! Blijkbaar viel Laries hoofdpijn inmiddels mee, want hij wilde wel. Bill vond levende muziek een goed idee, en Mina was benieuwd naar de wind controller in plaats van haar viool. Larie gunde mij die rol, en nam zelf zijn gitaarbanjo (banjo die gestemd is als een gitaar). Van hem kun je geen getokkel verwachten, laat staan flitsend getokkel, maar Ellen en Nol wilden zelf de blits maken. Hmm... vroegen ze dáárom òns, in plaats van Mina en Bill?

Ik heb een redelijk muzikaal gehoor, dus ik kon wat melodietjes spelen. Dat viel hen alleszins mee. Larie weet uit die banjo een aardige "hoge" slagpartij te krijgen. Zodoende nam Ellen op de mandoline dan maar de banjo-riedels over. Die hoge slag speelt hij dan ook nog eens vrij krachtig, op 2 en 4, dus samen met de geplukte bas op 1 en 3 ging het aardig swingen. Nol speelde slide op zijn dobro. Hij en ik maakten aardige duetjes.

Mocht je het gevoel hebben dat je dit net nog gelezen had - in "Winter 2" beschrijft Larie een andere country sessie. Daarin ontbrak juist het kwartet, hier Bill en Mina.

Er kwam wel even een donkere wolk voorbij: nummers van the Weavers (links) en van Leadbelly (zwart) waren not done. Larie had lachstuipen bij "Okie from Muskogee" (Wikipedia, YouTube). Bij de biecht vertelde hij me, dat het kwartet het nummer beleed, terwijl hij het juist spottend vindt. Ja, toen moest ik óók lachen. (Vervolgens kwam Diana uit bed om te horen wat er zo grappig was.)

Ze hadden ook "the Midnight Special" op hun repertoire. Larie heeft daarop ooit "Bami Speciaal" geschreven. We deden zijn tekst, en moesten die ook als toegift doen. Diana stond versteld van de vermelding van een spiegelei (en kroepoek), en wij vieren hebben sindsdien grote lol om verwijzingen naar dat lied.

Het was op die donkere wolk na een leuke avond, en na het late opstaan gingen we tot laat (nou ja, twee uur) door. Toen kregen we de uitnodiging om binnenkort eens langs te komen. (Oh nee, bij hen heet dat aankomen, ook al blijf je niet eten.)

Séance

Een paar dagen later gingen Larie en ik op de thee in de veste van het kwartet. In uniform, maar wel fatsoenlijk. We werden ontvangen in het huis van Ellen en Peter. In de woonkeuken, want de huiskamer bleek ingericht als kerkje. Met naast de huiskamerdeur een ingelijste verklaring dat deze ruimte aan God was gewijd door The Reverend onleesbaar.

Die woonkeuken was zo gezellig als een hotelkamer zonder bed. Het gesprek ging zozeer over niks, dat we begrepen dat het de weg moest bereiden voor een onderhoud dat de ware reden was voor dit bezoek. Blijkbaar viel dat zwaar, want van de thee gingen we over op bier, en het kwartet van bier op jenever. Inmiddels had ik liever een gesprek gehad over boutjes en moertjes dan dit. Larie en ik zaten er trouwens steeds meer als toeschouwers bij.

Peter leek dat te beseffen. Hij sloeg een neutje achterover, keek ons beidend vorsend aan, en sprak: "Eigenlijk hebben wij jullie niet zomaar uitgenodigd. We hebben er een bedoeling mee. Wij hebben namelijk vernomen, dat jullie de Zoon Gods hebben weten te kunnen doen verschijnen. Zoals jullie hopelijk is opgevallen, zou zijn verschijning in dit huis ons een grote eer en vreugde zijn. Daarom zouden wij jullie willen vragen of jullie bereid zouden zijn om mee te werken aan zulk een wonder."

Hij keek ons beurtelings aan, en de alcoholkegel was onmiskenbaar. Ik voelde me heel onprettig, en keek Larie aan voor het antwoord. Die voelde zich waarschijnlijk even onprettig als ik, maar hij heeft meer gevoel voor formele dingen. Hij keek mij aan, met een blik van "als jij geen bezwaar hebt..." Ik zal wel een subtiel knikje gegeven hebben, want hij wendde zich terug naar Peter, en zei zacht: "Is goed. Maar wij kunnen niet beloven dat het zal lukken."

Eerst was het tijd voor hamburgers. Larie en ik kregen tosti's kaas-champignon, op zich niet gek. Inmiddels zaten Larie en ik weer aan de thee, niet bij machte om verder bij te dragen aan de omzet van Anheuser-Busch. Peter ging voor in een dankgebed voor de genoten gaven.

Daarna wist Larie Peters blik te vangen: "We staan nu op het punt om Jezus te vragen om hier te verschijnen. Twee dingen: ten eerste vragen wij hem niet om te verschijnen, maar noden hem als gast; ten tweede hebben jullie vast een reden om hem hierheen te noden. Wat wil je hem zeggen of vragen, weet je dat al?"

Peter ondervond zichtbaar de invloed van te veel alcohol, keek verwilderd, ademde steeds diep in, maar was niet tot antwoorden in staat. Ellen had veel minder gedronken, en antwoordde voor hem: "Wij vieren doen zó ons best om Hem te volgen. We zouden zo graag een schouderklopje krijgen." Gwen en Nol knikten instemmend.

Ellen had nu de feitelijke leiding, dus nam ik weer van Larie over. Dat gaat vanzelf, en wij voelen ons er wèl bij.

Ik vroeg Ellen: "Wat zou jij een gast van Zijn kaliber willen inschenken? Dan schenken we dàt voor hem in." Gwen leek de opzet te begrijpen, en vroeg: "Hier, of in de kerk?" Larie knikte, en ik draaide naar Ellen. Ellen trok een al geopende fles rode wijn tevoorschijn, en toonde ons het etiket. Iets met premier cru. Gwen haalde een gildeglas tevoorschijn, en hield het op. Ellen schonk behoedzaam in. Peter zat kortademig te zuchten. Nol keek naar buiten.

Ellen droeg het glas de kerk binnen. Peter volgde met de open fles bij de hals, wij vieren liepen tussen hen in. Ellen zette het glas aan de voet van een reusachtige kaars, en ontstak die. Wij zessen gingen op de sobere (maar beklede) stoelen zitten die zij als kerkbanken hebben. Ellen ontnam Peter de fles, en zette die naast het glas. Opeens vond ik die kaars net een grote stijve, en ik had Larie het liefst snel naar huis genomen. Maar ja...

Larie had een inval. Hij liet ons de stoelen verplaatsen tot in een kring om kaars en glas, en zette een zevende stoel neer tussen Ellen en Peter. Op die stoel zette hij het glas. Hij gaf met een blik de leiding weer aan mij. Ik keek beurtelings Ellen en Peter aan: "Zeg hem, dat hij welkom is als vriend."

Larie en ik staarden hand in hand naar de kaarsvlam. Gwen en Nol zaten erbij als abonnementhouders bij een voorstelling die ze op de koop toe hebben genomen. Ellen keek naar het glas op de stoel naast haar, Peter naar de fles, ruim een meter voor zijn voeten. Uiteindelijk zei Ellen onvast: "Here Jezus, wees welkom in ons midden. Als vriend."

Na enkele tellen stilte verdichtte zich achter een lessenaar een bekende gestalte, nu gehuld in een groen corduroy pak. Larie en ik stonden op, Larie liep met uitgestoken hand op hem af, en noodde hem naar de stoel met glas. Het kwartet stond op, meer verbaasd dan eerbiedig. Ik liep op hem toe, en gaf hem een hand. Ik kan nog steeds niet beschrijven hoe dat voelde, ijl en vast tegelijk. Ellen, Gwen en Nol volgden. Na enkele mislukte pogingen tot opstaan gaf Peter zittend een hand. Jezus glimlachte, maar beslist van opgelatenheid.

Hij nam het glas, toostte ermee in de lucht, nipte eraan, en ging nadrukkelijk zitten. Hij keek de kring rond, zoekend naar wie het woord wilde.

Voor Ellen was er geen ontkomen aan. Ze keek amper op van haar pumps, en mompelde zoiets als: "Here Jezus, wij zijn ongelooflijk vereerd en dankbaar u heden in ons midden te mogen begroeten. Hoe maakt u het?"

Jezus glimlachte minzaam. Volgens mij zou hij het liefst een paar verwensingen uiten. Hij vroeg: "Had u mij met een bepaalde bedoeling uitgenodigd?" Ellen keek naar Peter, zag die knikkebollen, en mompelde: "Wij doen zó ons best, meestal tenminste, om u te volgen. We zouden zo graag horen, dat we daarin op de goede weg zijn...."

Door het gesloten raam achterin de kerk snelden twee jongemannen in nette spijkerpakken naar voren. De ene herkende ik als Hermes, de andere had een moker in de hand. (Hephaistos? Maar die is mank. Thor? Maar dat is een Ase!) Hermes stelde zich beschermend vóór Jezus op, de ander drilde de moker jegens Peter.

Hermes verhief zijn stem tegen Peter: "Zuipschuit, je bent de aandacht van mijn geachte collega en vriend niet waard, en hij is te zachtmoedig om van zich af te bijten. Eruit!"

Larie en ik weten niet, wat er precies gebeurd is. Wij mensen werden de kerk uit gejaagd, Hermes heeft waarschijnlijk (voorzover nodig!) Jezus in veiligheid gebracht, en degene met de moker liet de kerk achter als een gewone huiskamer, met meubilair dat uit een ouderwetse saloon afkomstig leek. Maar dat zagen wij later!

We gingen met ons zessen weer in de keuken zitten. Peter voor laveloos terzijde, Ellen te geschrokken om te huilen, Gwen en Nol ademloos.

Toch was Nol de eerste die weer sprak: "Wat gebeurde er nou eigenlijk?" Dat leek mij een vraag voor Larie. Die zocht naar woorden voor het antwoord: "Zo te zien hebben jullie je ervaring gehad, en méér dan dat, maar dan anders dan je had verhoopt. Als ik het goed zie, dan hebben jullie Jezus gezien, maar heeft Peter de woede opgewekt van goden waarin jullie niet geloven, een Griekse en een Noorse."

Nols opengevallen mond klapte dicht: "En nu?" Larie wees naar de kerkdeur (deur van de keuken naar de huiskamer): "Laten we even kijken." We volgden hem. Larie klopte voordat hij die deur opende, heel vervreemdend. Hij liep de kerk in, op de hielen gevolgd door allen behalve Peter. Toen zagen we dus, dat de kerk veranderd was in een saloon. Meubels netjes, geen drinkgerei, niets te drinken. Van de oorspronkelijke inrichting was niets over.

Beduusd liepen we weer naar de keuken. Nol ging in de herhaling: "En nu?" Larie haalde zijn schouders op: "Je weet nu dat je Heer bestaat, dat je met hem in contact kunt treden, maar ook dat er andere hogere wezens zijn, die hem in bescherming nemen. Voor jullie betekent dat wellicht, dat je het Oude Testament niet te letterlijk moet nemen."

Gwen had nu ook een vraag. Ze stelde die aan mij: "Larie herkent mannen in spijkerpak als goden. Hebben jullie hen dan eerder gezien?" Ik wisselde een blik met Larie, en antwoordde: "Wij zijn vertrouwd met sommige Griekse goden. De goten hebben laatst Hermes samen met Jezus bij ons gezien. Als die met die moker Thor was, dan is dat nieuw voor ons."

Peter begon luidruchtig te kotsen. Wij namen afscheid.

Buiten de haag stopten we. Allereerst voor een knuffel. Vervolgens aarzelden we: linksaf naar de kroeg, verslag uitbrengen, of rechtsaf naar huis, wellicht napraten met Hermes. We gingen rechtsaf.

Ons huis was één met het donker, want Diana en Mart waren net weer naar hun huis vertrokken. We gingen op de tweezits zitten, met onze kleren aan, schonken onszelf één glas retsina in, en zetten voor de driezits drie glazen retsina en drie stel bakjes nootjes en olijven neer. In koor zeiden we "Weest welkom, vrienden!", en gingen elkaar maar weer eens knuffelen.

Even later hadden we het drietal tegenover ons, Thor onwennig aan het Griekse spul, en überhaupt onwennig onder mensen. Hermes wees hem op ons: "Bij deze twee mensen ben je echt onder vrienden. Soms kun jij hen helpen, soms zij jou. Vergeleken met alle gewens en gekanker elders is dat echt een verademing."

Larie had een vraag aan Hermes: "Wanneer ging het nou eigenlijk fout?" Hermes, in het midden, keek even naar links en naar rechts, en zei: "Eigenlijk al toen Peter jullie uitnodigde. Het zijn helemaal geen slechte mensen, maar ze vragen goedkeuring voor hun eh... geslijm. En dan gaat Peter zich ook nog bezatten, zich zodoende afsluiten van het antwoord op zijn vraag. Jezus is echt een goeierd. Die maakt voor iedereen tijd, behalve voor zichzelf, en dan gebeurt dit. Tegenwoordig mag in deze streken iedereen geloven wat hij wil en in wie hij wil. Best. Wil je niet geloven, óók best. Maar toon wel een beetje respect voor degene met wie je een geloofsband aangaat."

Jezus (rechts) walste het bodempje wijn in zijn glas, en keek naar links: "Ja, je hebt gelijk. Nog hartelijk bedankt, allebei." Hij wendde zich tot ons: "Het is zo'n gekke gewaarwording, welkom te zijn bij mensen die niet in je geloven..." Ik meende Thor even naar ons te zien gluren, en zei: "Dat welkom geldt óók voor de Asen!" Volgens mij bloosde hij onder zijn baard. Larie werd praktisch: "We hebben de gewoonte om een offertje van dit Griekse spul neer te zetten. Is dat als uitnodiging voor jullie allen genoeg, of moet het voortaan in drievoud?" Ze keken elkaar aan, en Hermes meende: "Nee hoor, één gebaar is duidelijk genoeg. Zullen we weer?" Na een kort afscheid waren ze weer verdwenen. Drie minuten later zaten we in bad.

Muziek

Het bad kreeg ons niet zo rustig als we gewild hadden. We kleedden ons weer aan, en liepen naar de kroeg. De avond was helder en fris. Ik verlangde alweer naar kamperen, of minstens een vrijpartij buiten. Maar zelfs die vrijpartij zat er niet in, misschien straks weer.

In de kroeg was het rustig. Een man of tien, met inbegrip van Mina en Bill aan de toog en Kees en Teun op het podium. Die waren zich aan het uitleven in zo'n eindeloze blues op akoestische gitaar, maar Kees had een mondharmonica bij de hand. Even denken: we zochten rust, dus moesten we niet gaan kleppen aan de toog, maar bij de muziek gaan zitten met een Tripel Kees. Niet op schoot want onderuit, wel lekker tegen elkaar aan.

Larie was meteen geboeid door de muziek: het was zo'n shouting blues als "Mannish boy", zonder akkoordwisseling. Zoiets zou moeten gaan vervelen, dus hij probeert dan te ontdekken wat het boeiende is. Voor mij is dat op de rand van boutjes en moertjes. Maar ik moet toegeven dat hij een punt heeft, en het nummer ging nog tien minuten door.

Pas toen het nummer uit was keken ze op, van het applaus, en dat kwam vooral van ons, onder hun neus. Ze hadden beiden zo'n glimlach van "ik durf niet te zeggen dat ik het zelf ook wel goed vond", keken elkaar aan, en noodden ons erbij. Mja, een rustig potje blues wilden we wel. Trouwens, Larie heeft nog altijd de blues, al wordt dat langzaam minder.

Ik ging weer op synthesizer, Larie op basgitaar. Oh, ze wilden nu meteen iets pittigers. Ik sloeg een paar toetsen aan, en dat herinnerde hen aan een pianonummer dat Larie me later liet horen: "Down South (part 1)". Ze lieten mij die linkerhand volhouden, en gingen met elkaar in duet (of duel, weet ik veel) op de melodie. Poeh, ik was blij om af en toe van hand te kunnen wisselen! Larie had inmiddels genoeg van de (soort) wisselbas, en probeerde in akkoordnoten, diatonisch, en uiteindelijk zelfs chromatisch te bassen. Dat laatste bleek een brug te ver, maar het was leuk geprobeerd. Hij kreeg nog een andere inval: breaks. Begeleiding zeven tellen stil, de sologitaar van het moment even alleen. Dat bleek een gouden greep, dus we gingen dat uitmelken.

Bill seint soms mensen in als bepaalde anderen aanwezig zijn of als er iets gebeurt. Nog tijdens dat nummer kwamen de boys binnen, bestelden een fles wijn (appellation "welke kredietcrisis?", zoals Ab later tegen Larie zei), en namen onze plaatsen aan dat tafeltje in. Zodanig, dat Herman (onvolprezen bassist) niet Larie de hele tijd op zijn vingers zat te kijken.

Na weer een lange en langzame blues moest vooral Teun zijn vingers rust gunnen. Blues brothers van het podium naar het tafeltje. Kees keek fronsend naar het etiket van de wijnfles, snoof eens, en snelde op uitnodiging van Geert naar de toog om een glas. Bodempje walsen, snuiven, proeven, goedkeurende knik.

Geert en Herman kwamen nu het podium op. Herman leende Laries electrische gitaar, Geert pakte uiteraard zijn sax, Kees en Teun zaten nu aan dat tafeltje aan de Tripel Kees.

Herman op gitaar betekent: Jimi time. Dankzij de tablets kon Larie zonodig akkoordenschema's ophalen. Mijn gehoor is goed genoeg. Herman wist ook, waarmee hij wilde beginnen: "Like a rolling stone". Een beetje iel zonder slagwerk, en Larie is niet klopvast. Ik óók niet, maar nu moest de bas wel alles dragen. Larie ging bij mijn monitortje staan om mijn orgel beter te kunnen horen, en dat was dan wel weer een voordeel. Wij samen in de begeleiding, de boys in een mooi duel/duet op gitaar en sax.

Ook Kees van de camping kwam binnen. Hé, met Alfred. Ze gingen bij Teun en andere Kees zitten, keken met "ziet er duur uit!" naar de wijnfles, maar hadden zelf bolletjes bier. Kees van de camping wees Alfred op diens bolletje, dan op Kees de Jonge. Wat! Was er bokbier van Kees op de tap? Larie liep al een halve tel achter bij de aanblik. Geert ging tussen hem en het tafeltje staan dirigeren, met ferme halen. Dat hielp.

Als Kees van de camping er is, dan zal hij ook piano spelen. Er volgde dus een setje New Orleans, met Alfred op slagwerk, Herman op zijn contrabas, Geert op zijn tenorsax. Weer vooral Professor Longhair, maar om te beginnen "Sea cruise". Alfred bleek zo'n drummer van wat Larie noemt "ik-wil-geen-spi-na-zie-e-ten", iemand die alleen maar hard slaat. Geert ging helemaal los, en stuiterde door drie of vier oktaven op en neer. De goten waren opeens ook binnen, en stonden à go go te headbangen naast ons tafeltje.

Na een half uur ("Sea cruise", "Mess around" en nog iets) was iedereen bek-af. Maar de girls waren inmiddels ook binnen. Op de piano begeleid door Afra maakte Janneke haar debuut als klassiek zangeres met liederen van Schubert en zo. Onversterkt, toch goed verstaanbaar.

Met suizende oren zaten we rond half drie onze glazen leeg te drinken. Geert nodigde ons uit voor zijn verjaardag. Daarvan heeft Larie al een verslag klaarliggen, dus ook dat bouwen we nu in. Ja, toen we de kroeg verlieten begon het al te sneeuwen en te vriezen! Al kwam de sneeuw veel minder hoog dan in "Winter 2".

Verjaardag

Larie vertelt over deze verjaardag van Geert in Verjaardag 2 [geloof, sex]. Van daar kom je weer hier terug.

Verlossing

Inmiddels waren we benieuwd naar het kwartet. Op zich was het gewóón om ze niet te zien, maar die beeldenstorm (zoals Larie en ik die verwoesting van hun kerk onterecht noemen) zou hen toch niet onberoerd hebben gelaten.

We vroegen Sophie en Ab bij het boodschappen halen, of zij ze gezien hadden. Nou ja, Nol was als een schaduw gekomen en gegaan, zo als de goten lange tijd. Hoezo?

Bewust of niet hadden we niemand verteld van ons bezoek. We brachten onze boodschappen naar huis, keken onderweg eens goed door de poort in de haag, hesen ons thuis weer in iets netters (vooral ik), en belden bij Ellen en Peter aan. Het was toevallig weer theetijd.

Gwen deed behoedzaam open, vroeg even geduld, en ging ruggespraak houden. Even later liet Ellen ons binnen, met een houding van aangeslagenheid en schuldbesef. (Inderdaad, lief, een houding van zonde.)

In de keuken zat het kwartet om de tafel, met lange gezichten en zonder tekenen van iets omhanden. Nol trok twee stoelen bij. Iedereen keek naar Peter. Die zag er ingevallen en ongeschoren uit. Hij keek ons aan, haalde adem om iets te zeggen, en liet dan zijn hoofd weer flauw schuddend hangen. Dat ging een paar keer zo.

Uiteindelijk nam Ellen het woord: "Lief, dat jullie aankomen... We weten niet, waar we het zoeken moeten... We weten niet meer, wat de goede weg is, laat staan of we die wel volgen... Kunnen jullie... kunnen jullie ons misschien... helpen?"

Ik keek Larie aan: dit leek mij geen vraag voor vrouwlijke intuïtie of zo. Larie dacht starend na. Het kwartet volgde zijn blik. Volgens mij keek hij naar een oud Droste-blikje, maar hij wist dat zelf meteen al niet meer.

Hij begon afwezig te spreken: "Ik zou hiernaast Jezus vragen, wat hij vindt dat je moet doen." Ellen zei, in een mengeling van vastberadenheid en radeloosheid: "We hebben alle alcohol weggegooid. Wat nu?" Dat kon ik wel invullen: "Het is theetijd. Laten we dáár gaan zitten, met een kopje extra. Als hij verschijnt, bied je hem aan." Larie haalde me aan, en het kwartet keek opgelucht. Ellen zette water op.

Gwen droeg een dienblad met theeservies, Nol een bordje koekjes, Ellen een brandend theelichtje en een volle theepot. Peter had beide armen nodig om bibberend steun te zoeken. Bij de kerkdeur was Reverend onleesbaar verdwenen. Ellen werd plots bang: "Gaan jullie voor?"

Larie opende beheerst de deur. De kamer oogde nog ongerept als de saloon. Hij en ik plaatsten een tafeltje in het midden, en schoven zeven stoelen bij. We gingen zitten. De sfeer was heel deemoedig. Ellen hield de volle theepot omhoog, en vroeg hees: "Jezus, wilt u thee?"

Na ongeveer tien lange tellen verscheen Jezus, in kleding die hem een drukke afdelingschef deed lijken: pantalon en hemdsmouwen. Hij trok de vrije stoel bij, draaide die achterstevoren, ging met zijn losgetrokken stropdas tegen de rugleuning zitten, en zei zacht maar krachtig: "Ja, graag!" De opluchting geleek een windvlaag.

Hij nipte behoedzaam aan de hete thee, koos het op één na kleinste koekje van het bordje, beet de helft eraf, en vroeg welwillend, zonder iemand aan te kijken: "Waarom hebben jullie me laten komen?"

Peter vermande zich, keek Jezus aan, en sprak gebroken: "Heer, wij zijn, ik ben de weg kwijt. Toon ons alstublieft de weg die wij moeten, die ik moet gaan om te boeten voor onze zonden en om U te volgen." Hij zweeg in tranen.

Jezus nipte bedachtzaam aan zijn thee, en antwoordde: "Het gaat niet om de uiterlijkheden van je gedrag, het gaat niet om de letter van het boek. Het gaat om de inspiratie die je van binnen voelt, en als je mij wilt volgen, dan zul je die inspiratie in jezelf vinden." Hij bracht de rest van zijn koekje naar zijn mond, en nipte weer aan zijn thee. Vervolgens keek hij Peter schattend aan, en vroeg: "Wil je deze kamer houden zoals die nu is, of heb je liever de vorige aanblik?"

Peter keek getroffen terug: "Zoals het U behaagt, Heer!" Jezus knikte, en hief een hand boven zijn hoofd (wat in deze saloon leek alsof hij een rondje gaf). Er klonk een zware mokerslag tegen de buitenmuur, en zie! We zaten weer rond de kaars in de kerk. Jezus gooide de rest van zijn thee achterover, stond energiek op, en zei: "Bedankt voor de thee, vrienden. Ik moet weer verder." Hij verdween door de gesloten keukendeur.

Langzaam kwam het kwartet tot zichzelf. Peter keek verbaasd rond, en stelde passend vast: "Ik voel me goed!" Hij omhelsde Ellen als aan het eind van een film, Gwen en Nol gaven elkaar een gewonere knuffel. Daarna keken allen naar ons: "Dank jullie wel! Wat goed! Wat heerlijk!" Ik keek Larie aan. Die trok mij heerlijk tegen zich aan, en antwoordde: "Wij zijn dankbaar dat we jullie hebben kunnen helpen." Nol opperde: "Misschien kunnen we vanavond samen een setje spelen?" Larie keek mij aan. Ik knikte.

Nee, laat ik niet wéér uitgebreid vertellen over de muziek. Ja, het werd een te gekke swingende avond, met het kwartet als middelpunt. Larie en ik genoten vooral van de set die ze met de boys speelden. En nog het meest van Laries verzoeknummer: "the Hammer song" van the Weavers...

Het kwartet verblijft nog steeds veel achter hun heg. Maar ze zijn veel warmer geworden. En soms zien Larie en ik een glimlachende schim aan ons offerglas nippen. Wij glimlachen ook, hij en wij steken groetend een hand op, en het ogenblik is alweer voorbij. Maar we voelen ons de rest van die dag blij.

 

Naar inhoudsopgave. Naar volgend verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).