Laatste wijziging: 2022-05-16 (technisch), 2020-12-23 (inhoudelijk). Naar inhoudsopgave. Naar vorig verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).
La lijkt maar niet te snappen, dat het samen zijn met iemand die jouw lichamelijke geluk nastreeft ook vanzelf jou geestelijk geluk geeft.
Wij willen hem in ons, maar hij wil zéker zijn van ons genot, dus hij geeft steeds een himalaya vooraf. Als een lesbo met een baard. Dat doen wij dan maar bij elkaar na, als hulpsinterklazen (zonder baard).
Er zit best verschil in. La is nu eenmaal de man die “van horen zeggen” heeft wat vrouwen lekker vinden, wij zijn de vrouwen die wéten wat we lekker vinden, maar steeds die stap naar “mannenwerk” moeten overwinnen. Misschien zou je bij ons zoiets als moederlijke gevoelens verwachten, maar onze aandacht voor elkaars borsten is meer “hoe zijn de jouwe?”, voor elkaars kutten meer “heb jij die óók?”. Komt vast heel naïef over, en uiteraard kennen vooral Wi en ik elkaar al lang.
Er is nòg een verschil. Als één van ons in bed (of in vergelijkbare omstandigheden, op de zonneweide bijvoorbeeld) de beurt bij hem neemt, dan geeft hij een knuffel, en zegt zachtjes “Liefste Maaike” of zo. Dan lek je meteen een theekopje vol. En als jij afgelost wordt, dan houdt hij zo lang mogelijk huidcontact. Hij méént het, maar ook het welkom aan je aflosser. Wi, El en ik zijn dol op elkaar, maar dit kunnen we voor elkaar niet opbrengen.
Op zijn leeftijd zou La blij mogen zijn met twee kwakkies per dag. Dan hadden Wi, El en ik er elk twee per drie dagen. Maar wat doet ie? Twee per persoon per dag. Dus dagen wij hem de hele tijd uit, vooral visueel. Wij zijn straight vrouwen, wij willen een man in ons, en we zien graag alvast een stijve pik. Maar hij vindt een stijve lastig, dus als die hem toch nog overkomt, dan helpen we hem er gráág vanaf. En Wi is zó verzot op pijpen, dat ze dan maar een vaste beurt daarvoor ingeruimd heeft. El overdrijft dat visuele: ze wil soms zien hoe hij zich op ons aftrekt. Maar ten eerste is zijn pik ons terrein, en ten tweede kan hij het niet opbrengen.
Als hij toch weer minstens zes kwakkies op een dag geleverd heeft, dan herinnert La me steeds aan die mensen die de Vierdaagse gelopen hebben, en op de laatste dag kruipend over de eindstreep gaan op de Via Gladiola.
Er gaat ook best veel tijd in zitten. Stel, dat elke himalaya en elk kwakkie een kwartier kosten. Lijkt me een voorzichtige schatting. Dan zijn we elk zes kwartier (dus anderhalf uur) met elkaar bezig: hij met drie himalaya’s en drie kwakkies, wij met drie himalaya’s krijgen. er twee geven plus een kwakkie. La kan niet in anderhalf uur drie kwakkies geven. Zijn (minstens) half uur met elk van ons wordt dus afgewisseld met andere dingen: brunchen, in de kas werken, en zo.
Herinner je je ons competitieschema nog? Dan weet je, dat we éénderde van onze tijd voor de één hadden, éénderde voor de ander, en éénderde niemand (omdat dan de anderen elkaar hadden). Nu, met El erbij, hebben we nog steeds éénderde van de tijd voor de anderen, maar we zijn nooit meer alléén. Dat is heel mooi, en daarom zijn we erg dankbaar voor die groeistuip van El.
We zijn weer ouderwets (voor de oudjes dan) gaan schootzitten. Zijn we bloot, dan kan ook dat orgasmes geven. Zijn we in gevechtskleding, dan komen we zelden zo ver.
Een huidige neiging is, dat we ‘s avonds in de westvleugel zitten (waar we steeds meer navolging krijgen). Dan doen de sjes wel eens iets synchroon (zie hieronder), dan zit ik bij La op schoot, dan doet hij me lekken, en dan voel ik iets kloppen. Dan verdwijnen wij naar beneden. Meestal eerst even samen plassen, dan samen zwemmen. Dan gaan we samen naar bed, dan krijg ik mijn himalaya en mijn sur place. Met knuffels vooraf, tussendoor en bij het naspel. Bij dat naspel rollen we om, hij nog in me. Dan vallen we in een knuffel in slaap, terwijl het kwakkie op hem teruglekt. Dan worden we wel weer wakker van een loei van El, dan lost zij mij af, en uiteindelijk valt Wi bij La in slaap met een zandbank.
Voor “synchroon” mag ik verwijzen naar iets wat La geschreven had [geloof, sex], maar niet gepubliceerd. Het overlapt een beetje. Je komt hier terug.
El is inmiddels een grote meid. Rond haar vierde verjaardag rook ik haar lokgeur, en precies op een gewenst tijdstip begon ze te bloeden. Aan La de eer van bloed aan zijn neus, daarna aan de paal. We zijn dus wel Apollo om opheldering gaan vragen. Die zuchtte, en legde uit over Els plotseling snelle ontwikkeling tot dat tijdstip:
“Ik zoek naar de beeldspraak die Larie niet als probleemstelling ziet. - Ik neem toch maar Tirol. - Larie, stel, dat jullie in Tirol zijn, op de berg, bijna bij het kruis. Je wilt chocola bij de pleisters vandaan halen, maar opeens valt er een pingpongbal uit je rugzak. Kun je je voorstellen, dat die bal uiteindelijk beneden in het dal belandt, en ooit door de Inn en de Donau in de Zwarte Zee? - Goed zo. Je kunt je ook voorstellen, dat die bal soms een sprongetje maakt (stuitert) dat hem snel vooruit brengt, en dat hij jaren in een konijnenhol kan liggen. - Je kunt je ook voorstellen, dat je die bal vooruit kunt helpen door de steen waartegenaan hij ligt op te tillen, of door met een takje te zorgen, dat hij in de stroming van een beekje komt, in plaats van in een poeltje. - Kun je je óók voorstellen, dat je handigheid krijgt in die ingreepjes, dat je inziet wat de “tijdwinst” ervan is? - Nou, dan ben je al bijna welkom op de Olympos. - Deze beeldspraak ging nu over Elsje. Diana’s eisprong was die val uit de rugzak. Onze sturing met “steentjes en takjes” heeft haar bal snel in het dal gebracht, heeft gemaakt, dat zij zich zo onwaarschijnlijk snel ontwikkeld heeft. Dankzij onze ervaring hebben we de uitwerking van onze ingreepjes aardig kunnen voorzien. En zó doende hebben wij haar menarche vrij nauwkeurig kunnen plaatsen op een tijdstip dat jullie schikte. - Geloof je me nu eindelijk?”
Ik was zelf benieuwd naar Els geestelijke ontwikkeling. Ap leek die vraag liever te horen:
“Haar leervermogen. Wel… Weer in beeldspraak… Als Elsje op de laatste bladzijde van een boek iets ziet zo als ‘En ze leefden nog lang en gelukkig.’, dan begrijpt zij al, dat het een liefdesgeschiedenis betreft die draait om een beproeving. Ziet zij er een lijst van geraadpleegde literatuur, dan weet zij al, dat het gaat om een wetenschappelijk betoog. Als haar weg versperd wordt door een dier dat zijn tanden toont, dan weet zij, dat dat dier iets te verdedigen heeft en niet helemaal zeker is van zijn zaak. Zou het honger hebben, dan zou het haar overvallen hebben. Enzovoorts…”
Ja, zo snapten wij het. We dronken er een glas op
Sindsdien bloedt El precies in ons ritme. Ze heeft nu een spiraaltje, maar ze zal over een half jaar wel aan de pil zijn.
Oh, dat is wel leuk: Yv heeft pas onze gevechtskleding vernieuwd. Komt omdat El nog steeds op weg is naar Wi’s heupmaat en door het succes van die kilt van La.
La heeft een mooie uitvinding gedaan: het verstek-weefgetouw. Aart en Di hebben de gedachte uitgewerkt en het ding gebouwd. Heel eenvoudig: het weefraam laat zich verstellen van rechthoek tot parallellogram, en de spoel schiet dus bij begin en eind van het weefsel langs minder scheringdraden. Met een truc kun je dat ook onderweg veranderen. Zodoende hebben we nu allevier kilts met klittenband-sluiting en een motief van… spekkies! Pastelgeel en -roze. We hebben mooie sluitspelden in donkere metallic-kleuren, maar ons “geheim” is, dat we die niet gebruiken om beide einden van de lap bijeen te houden. We dragen niets onder die kilt, dus gekleed schootzitten en toch grabbelen is makkelijk.
We zijn vaak ‘s avonds in de westvleugel. De girls ook, want hier raakt de wijn niet op. Die kilts brachten hen in verrukking. Thea belde meteen Nora, en vroeg die om te komen kijken. No en Kees erbij. En als Hermes het vervoer regelde, dan mocht die een fust bovengistend bokbier halen. Ook La kan hebberig zijn, maar El herinnert hem tegenwoordig steevast aan zijn avondverplichtingen.
No vond die kilts prachtig, en bezichtigde het weefgetouw. The vroeg, of je op No’s breimachine ook kilts zou kunnen maken. No voelde de vervolgvraag aankomen. Ze zei, dat breien uiteraard iets anders is dan weven, en dat The haar breimachine wel mocht lenen, met als vergoeding gebreide kilts voor Kees en haarzelf. Her wilde de machine wel heen en terug verplaatsen, in ruil voor een gebreide kilt. Afgesproken.
We zaten aan bier of wijn (en El nam een slokje van mijn wijn), toen we aangeroepen werden uit dat hoekje achteraf. Daar zitten de verschillende schikgodinnen bijeen, meestal te druk met levensdraden om aan de gezelligheid deel te nemen. Nu vroeg er een aan ons (in het algemeen), of we niet ook een machine konden maken om hùn werk te verlichten. De groei van de wereldbevolking had hun werkdruk immers nogal vergroot… Leek mij een terechte vraag, maar het eventuele antwoord ging verloren in rumoer. Ik hoorde Atlas klagen, dat het dragen van de wereldbol erg bezwaarlijk werd door de ruimtevaart. Loki pakte een waterpijp, en vroeg Prometheus om een vuurtje. Herakles vroeg grote en kleine Ajax, of ze zin hadden om een balletje te trappen. Iemand uit Sparta zei, dat hij mee wilde doen na uitrusten van die marathon. Hades trok een grote kluif tevoorschijn, en beval Cerberus om eerst alle ongenode gasten terug te jagen naar de onderwereld. Woef!
Naschrift:
De girls hebben in recordtijd gebreide kilts (wikkelrokjes) gemaakt. Heel compact gebreid, dus die dingen zijn misschien nog stijver dan jeans rokjes. Wijzelf (althans Wi, El en ik) zijn toch maar weer strings gaan dragen onder die kilts: we lekken domweg te erg, dus die dingen moesten ontzettend vaak in de was.
Naar inhoudsopgave. Naar volgend verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).