Laatste wijziging: 2022-06-05 (technisch), 2009-05-22 (inhoudelijk). Naar inhoudsopgave. Naar vorig verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).
Maaike had gevraagd, wanneer we weer eens naar die speeltuin gingen. Papa en mama aarzelden. We waren er pas nog een paar keer geweest, en Dennis, Wouter en ik zijn er te groot voor. Maar als Wiesje en Larie meegingen, dan wilde ik wel. We zouden nu gaan fietsen. Maaike bij Wiesje achterop, want zo lang door het zand kan zij nog niet, en ik ben niet sterk genoeg om haar bij mij achterop te nemen.
We gingen weer op een zondagochtend. Wiesje en Larie waren op tijd bij ons. Ze belden met hun fietsbellen. Wij hadden al klaargezeten in de keuken. Wiesje wilde eerst Chot nog even knuffelen. Daarna wilde ook Larie Chot dag zeggen, en daarna Wiesje. Smoesje om haar te kunnen knuffelen. Wat doet hij dat toch lief! Toen gingen Maaike en ik ook Chot maar even knuffelen terwijl zij bezig waren. Mama kwam naar buiten, en vroeg of we nog weggingen. Larie tilde Maaike bij Wiesje achterop, haar benen in zo'n dubbele fietstas. Dan konden ze niet tussen de spaken komen. En toen gingen we.
We kwamen weer langs hun huis. Voor hen een omweg, maar anders hadden Maaike en ik heel Us Net door moeten lopen, of mama had ons moeten brengen en weer ophalen.
Ik vind het altijd een heel eind fietsen. Wiesje zei, dat we het maar moesten zeggen als we wilden rusten of plassen. En dat we even bij het station konden kijken hoe papa er aan het knutselen was. Dat kon mij niet zoveel schelen, maar Larie wilde er wel even dag zeggen.
We stopten onderweg. Wiesje had pepermuntjes in haar rugzak, maar die zat bij Larie achterop. Anders kreeg Maaike die in haar gezicht. En Larie was in zijn eentje al zo zwaar, daarom zat Maaike bij háár achterop, legde Wiesje uit. Ze legde voor Larie een pepermuntje op haar vlakke hand, en Larie deed alsof hij een paard was. Hij snoof en brieste, nam het pepermuntje met zijn lippen, en gaf Wiesje daarna een lange lik over haar gezicht. Maaike moest lachen, dus toen deed hij het nog eens.
Bij het station gingen we in de loods kijken. Papa was met iets gevaarlijks bezig, een snijbrander of zoiets, dus we mochten niet dichtbij komen. Ik snap nog steeds niet wat daar nou gebeurt. Ja, treinen opknappen, maar ik zie al die mannen alleen maar bezig met kleine stukjes. Het zal wel!
Larie stond aandachtig te kijken, maar Wiesje sloeg van achteren haar armen om zijn middel, en trok hem weg. Het was nu nog maar een klein stukje naar de speeltuin. We gingen het lopen, fiets aan de hand. Maaike ging allemaal vogelveertjes rapen, maar ik zag dat er best veel bloed aan zat. Toen liet ze ze gauw weer vallen.
Bij de speeltuin kennen ze ons al. Ze keken wel even gek, toen Maaike en ik er niet met onze eigen ouders kwamen!
Vroeger was dit een boerderij met een speeltuin. Nu is het meer een restaurantje met een moestuin. De schommel, wip en zo rotten en roesten langzaam weg. Jammer! Maar ze hebben er gewoon geen tijd voor, en veel kinderen hebben toch al geen zin meer in wippen en schommels.
We gingen eerst uitrusten met een ijsje. Maar Larie had liever een potje thee. En toen vroeg Wiesje wat hij erin had, en ging ook nog van zijn thee drinken! Ze zag mij kijken, en gaf me een knipoog. Ze zat trouwens weer lekker bij hem op schoot. Gek hoor! Ik voel me eigenlijk al te groot om bij papa of mama op schoot te zitten. En Wiesje had mijn moeder kunnen wezen, Larie zelfs mijn opa. Maar ze zit meestal bij hem op schoot, of ze lopen stijf tegen elkaar aan. Ze kijken er heel gelukkig bij, dus het zal wel!
We gingen de moestuin en de kruidentuin bekijken. Ik herkende veel planten van school, Maaike ook al een paar. Wiesje en Larie zijn daar heel slecht in. Roos, brandnetel, en de rest, zoiets. Die tuinen zagen er mooi uit, netjes geschoffeld en geharkt. Mooier dan onze tuin thuis. De tuin van Wiesje en Larie is pas echt erg. Volgens Wiesje komen er ook wel wilde dieren. Nou, dan heb ik liever bedjes viooltjes!
We gingen toch nog even schommelen en wippen. Wiesje ging tegen Maaike en mij op de wip. Larie ging in het midden staan, één voet aan elke kant. Zo ging het makkelijker, Want Wiesje is zwaarder dan Maaike en ik samen. Wiesje wilde met Larie op de schommel, maar die durfde al niet in zijn eentje op deze gammele schommels. Toen gingen ze ons maar duwen. Zogenaamd een wedstrijdje, maar Larie duwde mij precies even hoog als Wiesje Maaike.
Er was ook een draaimolen. Zo roestig, dat zelfs Wiesje hem niet rond kon krijgen. Larie haalde een kopje cola, en goot dat bovenop de as. Toen ging hij de draaimolen duwen, en het ging steeds beter. We gingen er met zijn vieren op zitten, en alleen hij kon met zijn voeten bij de grond en ons zo rondduwen. Maar Wiesje gaf me weer een knipoog, en wees op Laries buik: dat hij meer moest bewegen. Larie zag het, en werd zogenaamd boos op haar. Hij pakte haar op een gekke manier stevig vast, maar ze leek het heel leuk te vinden. Ze zag me denken, en zei, dat ik het later ook wel leuk zou vinden. Zal wel!
Wij waren nog de enige bezoekers, maar ze verwachtten er in de loop van de middag wel meer - en de meeste mannen van de treinen. Een vrouw kwam op ons af, en vroeg of wij zin hadden om te helpen pannenkoekenbeslag te maken. Dan kregen we zelf ook een pannenkoek. Maaike vond het prachtig. Dus Wiesje en Larie gingen mee naar de keuken, en ik dus ook - al was ik liever in de zon blijven zitten. Achteraf ben ik blij, want Wiesje en Larie maakten er een gezellige bende van. Het was maar goed, dat we allemaal een schort voor kregen.
Ze hadden zelfs kindermaten! Larie wilde zo'n kinderschort, wat hem natuurlijk veel te klein was. Maaike weer lachen. Larie zei, dat hij zich nog jong voelde, en Wiesje zei tegen die vrouw dat alle mannen net kinderen zijn. Die vrouw knikte. Ze leerde Maaike eieren te breken, en Wiesje ging beschermend voor Larie staan om dat ei (hem dus) heel te houden. Maar even later moest Larie met een staafmixer het beslag maken, en toen zocht Wiesje dekking achter Maaike. Iedereen lachen, maar langzamerhand lustte ik best een pannenkoek.
Er waren inmiddels meer bezoekers, en die konden zien hoe wij bezig waren. Ze moesten hard lachen, en die vrouw beloofde ons een tweede pannenkoek omdat we zoveel plezier maakten.
Eerst mochten wij vieren onze eigen pannenkoeken maken. Wiesje zei, dat we eerst Larie maar moesten laten proeven: ééntje met buikpijn was toch genoeg? Maar Maaike en ik bakten gauw pannenkoeken met rozijnen, en we deden er stroop op. Gelukkig mochten we die schorten onder het eten aanhouden, want die stroop ging alle kanten op, en ik moest Maaike helpen snijden. Wiesje had een pannenkoek met appel, Larie één met kaas en gember. Wiesje sneed beide pannenkoeken aan rolletjes, ging weer bij Larie op schoot zitten, en gaf om beurten hem en zichzelf een hap van beide pannenkoeken. Ja ja, ik zou dat later ook wel leuk gaan vinden...
Die tweede pannenkoek mocht ook een portie poffertjes zijn. We namen drie porties poffertjes, en Larie nog zo'n kaas en gember. Hij zei, dat hij trek had gehad in een hele. Wiesje zei, dat hij wel moest leren om als een grote jongen zijn mond af te vegen, en toen likte ze hem zelf om zijn mond! Hoe oud zou ik moeten worden om dat allemaal zelf leuk te gaan vinden? Ik moest ook aan mijn broertjes denken - die zouden gillend zijn weggelopen bij al dat kleffe gedoe. Larie las mijn gedachten, en zei dat hij dit vroeger ook gek en vies zou hebben gevonden. Wiesje knikte: zij ook: "Maar als je met iemand samen bent die je heel lief vindt, dan ga je zo kinderachtig doen! Dus als je mensen op onze manier kinderachtig ziet doen, dan vinden ze elkaar heel lief."
Ze had best hard gesproken, en keek nu rond. Iedereen had het gehoord, en zat lacherig te kijken. Een meneer wees naar Maaike en mij, en vroeg of ze aan het repeteren waren. Wiesje zei dat ze gezakt was, en Larie zei dat hij zich nog eens in Wiesje moest verdiepen. Die meneer tilde zijn vuist op, en sloeg met de andere hand op zijn spierballen. Iedereen lachte. Larie knikte, en zei "Maar niet nu!" Iedereen riep teleurgesteld "Ah...."
Mijn mobieltje ging. Iemand riep "Ja, nu!" Het was mama. Ze wilde weten of we ons vermaakten. Ik zei van wel, en gaf het toestel aan Maaike. Die begon schaterend aan een uitgebreid verslag. Ik nam haar zachtjes het toestel af, en gaf het aan Wiesje. Die zei een paar keer ja, en keek intussen ondeugend rond. Ze hield de telefoon opzij, en vroeg luid: "Gedragen wij ons een beetje?" Ze bewoog de telefoon langzaam rond, en iedereen loeide ja. Ze gaf mij mijn telefoon terug, en zei luid tegen Larie: "Hun moeder weet dat wij ons gedragen, zegt ze, omdat ik mijn mond niet vol heb! Nou vráág ik je!" Iedereen lag dubbel, maar Maaike keek mij vragend aan, en ik snapte de mop óók niet. Wiesje zei weer eens "Als je groot bent!", en die meneer zei iets over mij oppompen. Zijn vrouw vond dat hij moest ophouden.
Larie trok zijn mobieltje, en vroeg waar de ander nu was. Daarna keek hij Wiesje aan. Die keek naar Maaike en mij, en vroeg of we vlakbij naar de schapen wilden gaan kijken. Maaike wilde wel, en dus had het geen zin dat ik nog iets zei. Eigenlijk had ik trouwens geen mening. Ik vond opeens, dat mij gekke dingen te wachten stonden, hoevéél later? Zou ik zó veranderen? Okee, ik ben volgens mama aan het puberen, en ik voel mijn lichaam veranderen. Maar ga je dan óók anders denken?
We namen nog iets te drinken: Maaike en ik cola, Wiesje en Larie samen een potje thee. Larie betaalde, en zei dat we de fietsen even lieten staan terwijl we naar de schapen gingen kijken. Wiesje nam intussen Maaike en mij bij de hand, draaide ons naar al die mensen, en boog. Die mensen klapten.
We staken de weg over, en gingen de hei op. De hei daar is net zo als de hei achter ons huis. Maar hier is een andere schaapskudde, en die was toevallig in de buurt. We waren misschien vijftig meter de hei op, toen Maaike riep dat ze nodig moest poepen. Larie tilde haar op, en we renden terug. Ze was net op tijd bij de WC. Larie belde weer op, om te zeggen dat er iets tussen gekomen was. Toen Maaike weer van de WC kwam, was het volgens Wiesje tijd om naar huis te gaan. We zeiden die mevrouw gedag, zwaaiden naar de andere mensen, en stapten weer op de fiets.
Toen we het spoor over gingen zagen we net papa naar buiten komen met zijn fiets. Larie belde. Papa en Larie gingen samen voorop fietsen, Wiesje en ik achterop. Wiesje riep af en toe luid "Boutjes en moertjes!". Dat sloeg op die eerste keer samen naar de speeltuin, maar ik kon het me niet herinneren. Bijna bij Wiesjes huis wisselden Wiesje en papa. Hij kon nu aan Maaike en mij vragen hoe we het gevonden hadden. Nou, Maaike was zo druk als zelden tevoren. Papa merkte dat ik een beetje stil was, en vroeg me waarom.
We waren inmiddels thuis. Onder het afstappen zei ik, dat ik blijkbaar "later" gek ging worden, net zo gek als Wiesje, Larie en die andere mensen. Papa gaf me een knuffel, knipoogde naar mama die naar buiten kwam, en zei dat het helemaal niet gek was, dat het eigenlijk juist gek was dat het niet hoorde om zo te doen als Wiesje en Larie. Meteen pakte hij mama beet, en gaf haar een knuffel die wel leek op wat Larie met Wiesje had gedaan. Maaike zei opeens "En we hebben lekker gewipt!" - en toen rolden papa, mama, Wiesje en Larie over de grond van het lachen.
Hoe ging dat spreekwoord ook weer? De ouderdom komt met gebreken. Maar misschien vind ik het wel gewoon als ik straks zelf gek ben. Moet ik eigenlijk groot en gek worden?
Naar inhoudsopgave. Naar volgend verhaal (ongeacht waarschuwingen, in leesvolgorde).